Deeltaak 5๐ l2 Flashcards
het afzetgebied
een gebied waar een bedrijf producten verkoopt, zoals nl exporteert veel kaas naar vs
het antisemitisme
haat tegen joodse mensen, de antisemieten beweren dat joden niet te vertrouwen zijn. ze geloofde dat joden de duitsers langzaam wilde vernietigen
de etnische groep(en)
groepen mensen die een eigen taal en cultuur hebben, bijv mensen uit turkijen spreken dezelfde taal en vaak een gedeeld geloof
het racisme
hitler geloofde dat duitsers beter waren dan andere en onderdrukte miljoenen mensen, vooral joden
nationalisme
mensen vinden hun eigen land beter dan andere en stellen hun land boven andere landen
natuurlijke selectie
Natuurlijke selectie is dat goed aangepaste dieren meer overleven en zich voortplanten.( Giraffen met lange nekken konden beter eten vinden en kregen meer jongen.)
taiga
de russische naam voor naaldbomen. naaldbomen zijn bomen die goed tegen lage temperaturen en korte zomers kunnen.
toendra
een boomloos landschap, et is daar (noorden) te koud voor de bomen
planecenomie
Planeconomie is een economie waarin de overheid bepaalt wat er wordt geproduceerd, hoeveel en voor wie. (In de vroegere Sovjet-Unie bepaalde de staat hoeveel brood er werd gemaakt en waar het naartoe ging.)
het bondgenootschap
Een bondgenootschap is een afspraak tussen landen om elkaar te helpen, in oorlog. (in de Eerste Wereldoorlog werkten landen zoals Duitsland en Oostenrijk-Hongarije samen als bondgenoten.)
geallieerden
De Geallieerden waren landen die samenwerkten om de vijandige landen te verslaan in oorlogen. (In de Tweede Wereldoorlog waren de VS, Groot-Brittanniรซ en de Sovjet-Unie de Geallieerden.)
centrale
De Centrale Machten waren landen die samenwerkten tegen de Geallieerden in oorlogen. In de Eerste Wereldoorlog waren Duitsland en Oostenrijk-Hongarije de Centrale Machten.
verband tussen geallieerden en centrale
In de Eerste Wereldoorlog vochten Groot-Brittanniรซ en Frankrijk (Geallieerden) tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije (Centrale Machten)
nationaal socialisme/ nazisme
Nazisme is de ideologie van Hitler, die geloofde in de superioriteit van het Arische ras en andere groepen zoals Joden en Roma als inferieur beschouwde. Dit leidde tot de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust. (Hitlerโs regime in Duitsland (1933-1945) is het bekendste voorbeeld van nazisme)
dictator
iemand die alle macht overneemt en niet door het volk gekozen wordt. Adolf Hitler nam in 1933 de macht over in Duitsland en werd een dictator.
propaganda
info die word verspreid door bijv posters, films of radioberichten
concentratie kamp
Een concentratiekamp is een plek waar mensen onder slechte omstandigheden vastgehouden worden,Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden Joden in concentratiekampen zoals Auschwitz vastgehouden en gedood.
holocaust
de vernietiging van de joden door de naziโs
verenigde naziโs
een wereldorganisatie die landen helpt samenwerken om vrede, veiligheid en mensenrechten te creeren. De VN stuurt vredesmachten naar conflictgebieden om te proberen oorlogen te stoppen
inflatie
de stijging van de prijzen van goederen en diensten, waardoor geld minder waard wordt.
de staatsschuld
geld dat een land verschuldigd is door leningen. als een land geld leent voor bijvoorbeeld nieuwe wegen, moet het later dat geld terugbetalen.