DD Buikpijn Flashcards
Waar maken we onderscheid tussen bij buikpijn?
Acute en chronische buikpijn.
Acute buikpijn is buikpijn die minder dan een week bestaat, chronische buik/bekkenpijn is pijn die langer dan 6 maanden op dezelfde plek aanhoudt, functionele beperkingen veroorzaakt of behandeling vereist.
Wat is de DD bij acute buikpijn?
- EUG: unilaterale pijn, vaginaal bloedverlies en onregelmatige cyclus; risico op tubaruptuur
- PID: vaak SOA; koorts, peritonitis, cervicale fluor, slingerpijn en gezwollen adnexen.
- Gecompliceerd ovariumcarcinoom: ruptuur cyste wat prikkeling geeft
- Myomen met circulatiestoornis, torsie geeft ischemie
- Torsio ovarri: ovarium zit aan twee ligamenten vast en vlies wat heel lossig is, vaak torsie door cyste; misselijkheid, braken, koorts en vaginaal bloedverlies.
- Abortus: spontaan uitdrijven van een vrucht voor de 16e week; krampen, vaginaal bloedverlies, amenorroe
- Ovulatiebloeding: microvasculatuur; veel bloed kan peritoneum prikkelen
- Dyspareunie: genitale pijn samenhangend met coïtus (diepe en oppervlakkig vorm)
Wat is AO wat je kunt doen ter differentiatie?
- Lab (serum/urine beta-hCG en ontstekingsparameters):
- EUG, soms zijn de spiegels te laag om de test positief te laten zijn
- Abortus (is iemand zwanger)
- PID
- Transabdominale en/of -vaginale echo:
- Locatie EUG
- Tumoren
- Doppler: torsio’s
- Hysteroscopie:
- Myoom
- Cyste
Wat is de niet-cyclische DD bij chronische buikpijn?
Niet-cyclisch:
- (intra-uteriene) adhesies
- endometriose
- salpingo-oöforitis / adnexitis
- Ovarian remnant syndrome
- Pelvic congestion syndrome (verhoogde veneuze druk)
- Ovariumtumoren
- Bekkenbodemdysfunctie
Wat is de cyclische DD bij chronische buikpijn?
- Primaire dysmenorroe
- Ovulatiepijn (Mittelschmerz)
- Secundaire dysmenorroe:
- endometriose/adenomyose - Obstructieve vaginale of uteriene afwijkingen
- Intra-uteriene adhesies
- Endometriumpoliep
- IUD
- Uterus myoom
- Pelvic congestion syndrome
Wat voor gastro-intestinale en urologische DD’s zou je kunnen bedenken voor bekkenpijn?
Gastro-intestinaal:
1. IBS, IBD, colorectaal carcinoom, infectie,
diverticulitis, hernia, angina abdominale.
- Genito-urologisch: UWI, urethraal syndroom, interstitiële cystitis/ blaaspijnsyndroom, urethrale
divertikels of poliepen, blaascarcinoom, urethra-obstructie.
Daarnaast zijn er natuurlijk ook nog neurologische, musculoskeletale of systemische oorzaken.