Colleges Flashcards

1
Q

Zijn er verschillen op anatomisch niveau tussen de hersenen van mannen en vrouwen?

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de anatomische verschillen tussen m en v? (2)

A

V hersenvolume kleiner, vrouwen hebben 11% minder corticale neuronen per cm2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Is het IQ van mannen en vrouwen hetzelfde?

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wie hebben een hogere reactiesnelheid, m of v?

A

m

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wie hebben meer ruimtelijk inzicht, m of v?

A

m

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wie hebben meer taalvaardigheid, m of v?

A

v

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bij wie is er een rol van de hormonen, bij v of m?

A

v

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Zijn er mannelijke kenmerken bij een androgeen hormoon bij ontwikkeling van een vrouw?

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat gebeurt er als iemand XY is en er sprake is van een androgeen-receptor effect? (hoe is uitwendige genitaal, en inwendig, welk fenotype? (3))

A

uitwendig genitaal heeft geen ontwikkeling (v), inwendig genitaal is man, vrouwelijk fenotype

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Zonder testosteron -> vrouw

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wie hebben meer myeline, m of v?

A

v

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Is het genderidentiteit, genderrol of anatomische dysforie: -Sterk verlangen/volhouden van het andere gender te zijn

A

Genderidentiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Is het genderidentiteit, genderrol of anatomische dysforie: Voorkeur voor cross-dressing

A

genderrol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Is het genderidentiteit, genderrol of anatomische dysforie: Voorkeur voor cross-gender rollen

A

Genderrol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Is het genderidentiteit, genderrol of anatomische dysforie: Voorkeur voor cross-gender speelgoed en spelletjes

A

Genderrol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Is het genderidentiteit, genderrol of anatomische dysforie: Voorkeur voor speelkameraden andere gender

A

Genderrol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Is het genderidentiteit, genderrol of anatomische dysforie: Afkeur van gender-typische rollen, gedrag

A

Genderrol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Is het genderidentiteit, genderrol of anatomische dysforie: Afkeer eigen geslachtskenmerken

A

Anatomische dysforie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Is het genderidentiteit, genderrol of anatomische dysforie: Verlangen geslachtskenmerken van de ervaren gender te hebben

A

Anatomische dysforie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Cerebrale netwerken betrokken bij perceptie van het eigen lichaam zijn verschillend bij met GD vergeleken bij cispersonen

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn de functies van de penis? (2)

A

Vervoer urine, transport ejaculaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat zijn de 3 onderdelen van de urethra m?

A

Pars prostatica, pars membranacea, pars spongiosa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wanneer gebeurt prostaatvergroting? (nummer-nummer)

A

Mannen 40-50 jr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat zijn de symptomen van prostaatvergroting? (2)

A

Klachten bij plassen, obstructie van urethra

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat zijn de voor en nadelen voor een lange urethra? (1) en (1)
Voordeel: Blaasontsteking is moeilijker en qua nadeel is er een risico op blokkade
26
Wat is de bouw van de zwellichamen van de penis? Noem welke en hoeveelheid. (2)
2x corpera cavernosa, 1 x corpu spongiosum
27
Welke zwellichamen zwellen vooral?
Corpus cavernosum
28
Waardoor zwellen de zwellichamen in de penis?
Bloed
29
Welk zwellichaam vormt de eikel (glans penis)?
Corpus spongiosum
30
Welk zwellichaam bevat de urethra?
Corpus spongiosum
31
Wat zijn de huidlagen van het scrotum? (7)
1. Huid 2. Tunica dartos 3. Fascia spermatica externa 4. M.cremaster + fascie 5. Fascie spermatica interna 6. Tunica vaginalis 7. Tunica albunginea
32
Welke spier van het scrotum bevat de zaadstreng?
M.cremaster
33
Wat is de funiculus spermaticus?
Zaadstreng
34
Wat is de vas deferens?
Zaadleider
35
Wat zit er in de zaadstreng? (3)
Vas deferens, bloedvaten, zenuwen
36
Wat is de functie van de vas deferens?
Transporteert zaadcellen van binnen naar buiten
37
Wat zijn de trajecten van de vas deferens? (3, welke pars)
Pars pelvica, pars inguinalis, pars scrotalis
38
Wat is de epididymis?
Bijbal
39
Waar zitten de spermacellen in de testis?
Tubuli seminiferi
40
Wat liggen er tussen de spermacellen in de testis?
Leydigcellen
41
Wat doen de leydigcellen?
Productie testosteron
42
Zaadcellen bewegen zich van de tubuli seminiferi contorti naar de tubuli seminiferi recti, naar de rete testis
Ja
43
Wat bevat het netwerk in de epididymis?
Ductuli efferentes testis
44
Waaruit bestaat de epididymis? (3)
Caput, corpus, cauda
45
Wat is de functie van het m. cremaster?
Het naar binnen trekken van het scrotum bij kou
46
Waardoor is de epididymis omgeven?
Tunica albunginea
47
Wat is de functie van de epididymis? (3)
Opslaan zaadcellen, recyclen beschadigde zaadcellen, productie van vocht
48
In welk deel van de epididymis worden vooral zaadcellen opgeslagen?
Cauda
49
Welke klieren in het scrotum zijn belangrijk bij de man? (3)
Vesicula seminalis, prostaat, glandulus bulbo-urethrales
50
Wat is de glandula van Cowper?
Glandulo bulbo-urethrales
51
Wat is de glandula vesiculosa?
Vesicula seminalis
52
Waar mondt de ductus deferens uit?
In de urethra
53
Is er een verschil tussen de vas deferens en de ductus deferens?
Nee
54
Wat zijn de zaadblaasjes?
Vesicula seminalis
55
Wat doen de vesicula seminalis? (3)
Voegen 70% aan semen toe, oa. Frustose en prostaglandines
56
Wat is de prostata?
Prostaat
57
Wat doet de prostaat?
Voegt 30% aan semen toe (prostaatvocht)
58
Wat doet het prostaatvocht? (2)
Neutraliseert zuur en verbetert motiliteit
59
Hoe groot is de glandula blubo-urethralis?
Ter grootte van doperwt
60
Wat zijn de uitwendige geslachtsorganen v? (4)
Vagina, schaamlippen, schaamheuvel, klieren
61
Wat zijn de inwendige geslachtsorganen v? (4)
Baarmoeder, eierstrokken en eileiders, vagina
62
Waar zijn de inwendige geslachtsorganen v mee bekleed?
Peritoneum
63
Zijn de inwendige geslachtsorganen v sub-peritoneaal?
Ja
64
Wat is de specifieke positie in het bekken van de uterus?
Anteversie en anteflexie
65
Wat is de ovarium?
Eierstok
66
Wat doen de ovaria? (bij opslag en rijping, bij na ovulatie, bij eisprong) (3)
Opslag en rijping va eicellen, na ovulatie via eileider, bij eisprong kort in abdomen
67
Wat zijn de onderdelen van de tuba uterina? | (4)
Fimbriae, infundibulum, ampulla, istmus
68
De vagina is een gedeeltelijk inwendig en gedeeltelijk uitwendig geslachtsorgaan
Ja
69
Waaraan grenst de vagina?
Cervix
70
Hoe heet het uitwendige deel van de vagina?
Vestibulum
71
Welke schaamlippen zijn er? (2)
Labia majora, labia minora
72
Wat is de schaamheuvel?
Mons pubis
73
Wat is de clitoris analoog aan bij de m?
Zwellichamen penis
74
Wat is de glandula vestibulatis major/minor analoog aan bij de m?
Analoog aan glandula bulbo-urethrales
75
Wat doen de glandula bulbo-urethrales?
Zorgen voor lubricatie
76
Wat zijn de ligamenten van de uterus? (4)
Lig. Teres uteri, lig. Latum, lig. Cardinale, lig. Sacro-uterina
77
Wat is de lig. Teres uteri?
Restant van de embryologie
78
Wat is de lig. Latum?
Peritoneumplooi
79
Wat is het lig. Cardinale?
Bindweefselstreng met vaten
80
Wat voor vat bevat de lig. Cardinale?
A.uterina
81
Wat is de lig. Sacro-uterina?
Bindweefselstreng
82
Wat is het lig. Rectouterinum? Syn
Lig sacro-uterina
83
Wat zijn de ligamenten van de ovaria? (3)
Lig. Suspensorium ovarii, lig. Overii proprium, mesovarium
84
Wat is de lig. Suspensorium ovarii?
Bindweefselstreng met vaten
85
Wat is het lig. Ovarii proprium?
Restant van embryologie
86
Wat zijn de peritoneale ruimtes bij v? (2)
Excavatio vesico-urethra, excavatio recto-uterina
87
Wat is de excavatio van douglas? (2)
Excavvatio recto-uterina/vesicakus
88
Wat zijn de peritoneale ruimte bij m?
Excavatio rectovesicalis
89
Wat voor lymfeklierstations draineert de geslachtsorganen vooral? (3)
Para-aortaal, iliacaal, inguinaal
90
Ligt het peritoneum van de m ook over de geslachtsorganen?
Ja
91
Zijn de inwendige geslachtsorganen van de man subperitoneaal?
Ja
92
Kunnen SOA's ook een oorzaak zijn van hevig menstrueel bloedsverlies?
Ja
93
Wat is metrorragie?
Bloeding uit de baarmoeder, zonder dat er een ongesteldheid in
94
Wanneer is de ontwikkeling van de uitwendige genitalia voltooid?
12 weken
95
Is de ontwikkeling van de uitwendige genitalia afhankelijk of onafhankelijk van hormonen?
onafhankelijk van hormonen
96
Waar wordt testosteron in omgezet bij XY embryo?
dihydrotestosteron
97
Wanneer wordt testosteron in iets anders omgezet bij XY embryo?
12 weken
98
Hebben tomboys vaak een klein beetje meer testosteron bij embryo dan normale XX'en?
Ja
99
Wat gebeurt er bij onvoldoende schildklierhormoon bij geboorte (hoe heet de conditie)?
Cretinisme
100
Hoe dragen SOA verwekkers op elkaar over? (Wat voor soort weefsels?)
slijmvliescontact
101
Wat voor soorten SOI's zijn er? (3)
bacteriën, virussen, parasieten
102
Wat zijn de top 3 SOIs in NL? (3)
1. chlamydia, 2. gonorroe, 3. genitale wratten
103
Wel/niet een SOI?: bacteriële vaginose
Nee
104
Wel/niet een SOI?: Candida-vaginitis
Nee
105
Wel/niet een SOI?: schurft
Nee
106
Wat is de veroorzaker van chlamydia?
chlamydia trachomatis
107
Op welke 3 manieren is chlamydia overdraagbaar? (3)
anaal,oraal, vaginaal
108
wat is de veroorzeker van gonorroe?
Neisseria gonorrhoeae
109
Wat voor een bacterie is Neisseria gonorrhoeae?
Gramneg gonokok
110
Wat is de pathogenese gonorroe?
Gonokok invadeert epitheel in slijmvliezen
111
Hoe vermingvuldigt Neisseria gonorrhoeae?
intracelullaire vermenigvuldiging
112
Wat is de veroorzaker van anogenitale wratten?
humaan papilloma virus
113
Wat voor virus is hpv?
DNA virus
114
Wat is de pathogenese van anogenitale wratten?
HPV nestelt in epitheel en epitheel wordt hyperplastisch
115
Wat is de veroorzaker bij genitale herpes?
Herpes simplex virus
116
Wat is de pathogenese van genitale herpes?
virus dringt binnen via slijmvliezen en nestelt in sensibele of autonome ganglia
117
Wat is de uiting van hsv-1?
koortslip
118
Wat is de uiting van hsv-2?
genitale herpes
119
Wat is de veroorzaker van trichomoniasis?
Trichomonas vaginalis
120
Wat is Trichomonas vaginalis?
protozoa
121
Wat is de pathogenese van Trichomonas vaginalis?
trofozoïet bindt zich aan slijmvlies, leeft door hemolyse en fagocytose van bacteriën
122
Wat is het normale vaginale microbioom? (4)
Lactobacillen, grampos en gramneg bacteriën en gisten van huid, darm en urogenitaal
123
Wat wordt er geremd met pubertijdsremmers?
GnRH
124
Wat is het verschil tussen metadoidoplastiek en phalloplastiek?
Bij metadoioplastiek is er geen verlenging van de plasbuis, bij phalloplastiek wel
125
Wat zitten er in de eerste lagen van de buikwand? (6)
Huid, subcutis, camper, scarpa, m. obliquus externis abdominis, aponeurosis m. obliquus externis abdominis
126
Wat zit er in de tweede laag v/d buikdwand? (1)
De m. obliquus internus abdominis
127
Wat zit er in de derde laag v/d buikwand? (2)
De m. obliquus transversus abdominis en de m. rectus abdominis
128
Waaruit komen de primordiale geslachtscellen? (gonaden)
Epiblast
129
Waar migreren de primordiale geslachtscellen naar? (3)
Van epiblast naar dooierzak, dan naar de genitale plooien
130
Waar onststaan genitale plooien?
Ter hoogte van de nieren
131
Waarom ontwikkelen de geslachtsplooien zich?
Door de primordiale geslachtscellen
132
Wat is TDF?
Testis determining factor, ligt op Y gen, als je het hebt dan krijg je testis.
133
Welke structuren ontwikkelen uit de buizen van Wolff wanneer een embryo TDF heeft?
Testis
134
Waaruit ontwikkel je geslachtsorganen als TDF niet aanwezig is?
Uit de buizen van Mueller
135
Paranephricus = Mueller/Wolff
Mueller
136
Mesonephricus = Mueller/Wolff
Wolff
137
Hoe ontstaat de uterus uit de buizen van Mueller?
Fusie van de buizen van Mueller
138
Hoe ontstaat de vagina uit de buizen van Mueller?
Vanuit uterus vormt er een kanaal
139
Wat kan je vaak zijn bij serologie diagnostiek bij siphilis? (2)
Niet-specifieke antilipoïdale antistoffen en specifieke antitrepomenale antistoffen
140
Waardoor worden condylomata acuminata gevormd? (veroorzaker) (2)
Hpv 6 en 11
141
Waardoor worden condylomata lata gevormd? (veroorzaker) (2)
Treponoma pallidum: lues 2, hpv
142
Waardoor kan de serologie bij lues foutpositief zijn? (3)
Zwangerschap, auto-immuunziekten, carcinomen
143
Waardoor kan de serologie bij lues foutnegatief zijn? (2)
Hiv-infectie, recent antibioticumgebruik