cars Flashcards
1
Q
tyre/tire
A
band
2
Q
gear lever/stick shift
A
versnellingsbak
3
Q
handbrake/emergency brake
A
handrem
4
Q
seat belt
A
gordel
5
Q
clutch
A
ambriage
6
Q
driver’s seat
A
bestuurderszetel
7
Q
brake
A
rem
8
Q
accelerator
A
gaspedaal
9
Q
hatchback
A
hatchbak
10
Q
rear window
A
achterruit
11
Q
aerial/antenna
A
antenne
12
Q
side window
A
zijraam
13
Q
wing/fender
A
spatbord
14
Q
bumper
A
bumper
15
Q
door
A
deur
16
Q
hubcap
A
wieldop
17
Q
estate car/station wagen
A
stationwagen
18
Q
saloon/sedan
A
sedan
19
Q
exhaust/tailpipe
A
uitlaat
20
Q
tail light
A
achterlicht
21
Q
boost/trunk
A
koffer
22
Q
bonnet/hood
A
motorkap
23
Q
headlight
A
koplamp
24
Q
four-wheel drive
A
vierwielsaandrijving
25
indicator/turn signal
richtingaanwijzer
26
convertible
cabrio
27
people carrier/minivan
minibus
28
sports car
sportauto
29
stretch limo
limousine
30
wing/side-view mirror
zijspiegel
31
air vent
ventilator
32
door handle
klink
33
headrest
hoofdsteun
34
passenger seat
passagiersstoel
35
glove compartment
handschoenkastje
36
windscreen/windshield
voorruit
37
rear-view mirror
achteruitkijkspiegel
38
visor
zonnescherm
39
windshield wiper
ruitenwisser
40
satnav
infotainment scherm
41
dashboard
dashboard
42
rev counter
toerenteller
43
speedometer
snelheidsmeter
44
fuel gauge
brandstofmeter
45
steering wheel
stuur
46
ignition
ontsteking
47
horn
toeter
48
odometer
kilometerteller
