Bouwplan I Flashcards
Kenmerkend voor de bilateria
Tweezijdige symmetrie en drie kiembladen
Kenmerkend voor vertebraten
(kraak)benige schedeldoos: neurocranium, en wervelkolom
Het phylum vertebraten
Vissen, reptielen, vogels, zoogdieren, amfibieën.
Grondlegger van de systematiek van dieren (taxonomie)
Linnaeus
Rijken der eukaryoten
-Regnum protista
-Regnum plantae
-Regnum fungi
-Regnum amalia
Domein eukaryoten onderscheidt de cel met …
cel envelop en volledig echte kern
Classificatie van de rat
- Regnum (rijk) > Animalia
- Phylum > Chordata
- Subphylum > Vertebrata
- Classis > Mammalia
- Orde > Rodentia (knaagdieren)
- Familia > Muridae (muizen + ratten)
- Genus > Rattus
- Species > Norvegicus
Rattus norvegicus (genus species)
Soorten symmetrie bij dieren
-Radiaalsymmetrie
-Bilaterale tweezijdige symmetrie
Dieren met radiaalsymmetrie
Cnidaria
Dieren met bilaterale tweezijdige symmetrie
Bilateria
Onderscheid binnen de bilateria
-Deuterostomia
-Protostomia
Deuterostomia
Groot en complexer
> de blastoporus wordt de anus
Protostomia
Eenvoudiger > de blastoporus wordt ge mond en de anus wordt later gevormd
Groepen binnen protostomia
-Ecdysozoa
-Lophotrochozoa
Protostomia vs deuterostomia bij vorming mesoderm
-Protostomia: mesoderm vormt uit ectoderm (afsplitsing van het ectoderm)
> Spirale klieving
-Deuterostomia: mesoderm vormt uit endoderm (uitstulping van het endoderm)
> Radiale klieving
Blastoporus
Ontstaat tijdens de gastrulatie, een gaatje met betrekking op de aanleg van de oerdarm.
> tijdens plooivorming ontstaat een koker en bij het uiteinde is hier alleen een plooi: een uitgang namelijk de blastoporus.
Diploblast
Groep dieren met twee kiembladen: ectoderm en endoderm
Welke groep dieren vallen onder diploblasten
Holtedieren > kwallen en sponzen, niets tussen buitenkant en binnenkant van het darmstelsel.
Triploblast
Uit drie kiemlagen: ectoderm, mesoderm, endoderm.
Ectoderm: welke structuren ontstaan eruit?
-Epidermis
-Zweet- en talgklieren
-Bekleding mondholte en neusholte
-Adnexen (nagels, haren, hoorn, schubben)
-Emaille van tanden en kiezen
-Zenuwstelsel inclusief de sensorische delen van ogen, oren en neus
Somieten
Mesoderme structuren links en rechts van een stevige buisstructuur binnen de laag ectoderm, het mesoderm prikkelt het bovengelegen ectoderm om een groeve te vormen > net zo lang tot de neurale buis ontstaat.
Endoderme structuren
Bekleding darmkanaal en luchtwegen, longen, secretoire delen van de lever en de pancreas, schildklier, bijschildklier, zwezerik, urineblaas, bekleding urethra
Mesoderme structuren
Skelet en spieren, dermis, onderhuidse schubben en dentine, excretie- en geslachtsorganen, bindweefsel, coeloombekleding, mesenterieën.
Soorten bilateria aan de hand van coeloom
-A-coelomata
-Pseudocoelomata
-(Eu-)coelomata
A-coelomata
Tweezijdig symmetrisch en geen coeloom bv platwormen
Pseudocoelomata
Hebben een pseudocoel (vanuit het blastocoel), holte na plooiing tussen endoderm en mesoderm, de organen zweven los in de holte
Eucoelomata
Tweezijdig symmetrisch coeloom met mesenterium bekleed, ook zijn de organen omgeven door het mesenterium wat verbonden is met de buitenbekleding van de lichaamsholte.
Analogie
Ontstane structuren bij verschillende groepen die uit convergente evolutie zijn ontstaan > functie nagenoeg hetzelfde
Homologie
Structuur die is ontstaan in en gemeenschappelijke voorouder > dit kan ook een strucuur zijn die ontstaat tijdens de embryonale ontwikkeling zoals mannelijke en vrouwelijke geslachtsorganen > de verschillen ontstaan door blootstelling aan hormonen.
Lijken analoge structuren in functie op elkaar?
Ja
Lijken homologe strucutren in functie op elkaar?
Niet perse
Endoskelet bij zoogdieren, beenvissen e.a.
Bot
Endoskelet bij haaien en roggen
Kraakbeen > kraakbeenvissen
Exoskelet bij mosselen
O.a. weekdieren hebben een hard omhulsel van calciumcarbonaat
Exoskelet van arthropoda (geleedpotigen)
Chitine (bv kreeft of garnaal)
Functie endoskelet vs exoskelet
Endoskelet: bescherming en houding en beweging
Exoskelet: bescherming van het diern wat erin zit
Hydrostatisch skelet bij platwormen
Interstitiële vloeistof die het dier de vorm geeft.
Hydrostatisch skelet bij nematoden (rondwormen)
pseudocoeloom
Hydrostatisch skelet bij annelida (ringwormen)
Coeloom vloeistof
Blindzaktype maagdarmstelsel
Darmholte met één verbinding met de buitenwereld > deze holte is bekleed met gastrodermis (endodermaal)
Buis-in-buis type
Stelsel met een mond en een anus die een permanente verbinding met de buitenwereld vormen
Metamerie
Een constante herhaling van orgaansystemen in segmenten
Homonome metamerie
Metameren of somieten zijn nagenoeg identiek (bv regenworm)
Heteronome metameren
Door fusie van verschillende segmenten ontstaat ongelijkheid in de segmentatie (bv kreeft met mooi gesegmenteerd achterlijf.
Cephalisatie
Specialisatie van organismen door het centraliseren van het zenuwstelsel tot de hersenen
Noem de eerste ontwikkeling van de hersenen (Craniaal > caudaal): 3
Prosencephalon, mesencephalon, rhombencephalon
Hersendelen ontwikkeling 3 > 5
Telencephalon + Diencephalon, mesencephalon, Metencephalon + Myelencephalon.
Vomero nasale orgaan
Bemonsteren van de buitenlucht met de tong van een slang en punten in het orgaan voor analyse van omgevingsmoleculen.
Andere zintuigorganen
Ogen, oren, neus, tong, huid
Vroeg embryonale functie van prosencephalon
Reukzintuig waarneming
Functie mesencephalon
Controle visuele processen
Functie rhombencephalon
Ademhaling en hartslag en andere basale functies
Vroeg embryonale hersenen: dorsaal is … en ventraal is …
Dorsaal sensorische en ventraal motorisch
Groepen der Deuterostomia
-Echino-dermata
-Hemi-chordata
-Chordata
Echino-dermata
Stekelhuidigen
Hemi-chordata
Wormachtigen
Chordata groepen (hebben een chorda)
-Cephalochordata
-Tunicata (urochordata)
-Vertebraten
Tunicata / Urochordata: wat maakt deze groep bijzonder?
Hebben embryonaal alle kenmerken van chordata maar raken deze kwijt bij de geboorte.
Kenmerken vertebraten
-Holle dorsale zenuwstreng
-Staart die post anaal doorzet
-Dorsaal gelegen steunstructuur zoals de wervelkolom
Symmetrie van echino-dermata
Primair tweezijdig symmetrisch, secundair radiair symmetrisch, in jonge fase bilateraal maar daarnaar radiaal symmetrisch.
Kenmerken echino-dermata
-Stekelige huid
-Vijfstraligheid in volwassen stadium
-Watervaatstelsel: coeloom als vasculair stelsel
-Regeneratie
-bv de zeester
-leeft in de zee
Voortplanting van echino-dermata
Seksueel en parthogenese (ongeslachtelijk)
Hemi-chordata symmetrie
Tweezijdig symmetrisch: rostro-caudale oriëntatie (kop en staartregio)
Homologie van vissen en eikelwormen (hemi-chordata)
Spleten in de kieuwkorf van de worm homoloog aan kieuwspleten in vissen.
Voedsel vergaren door hemi-chordata
Pharyghiale filter feeders (septen waarmee ze voedsel uit de omgeving in het water vergaren).