Boekje 2 Flashcards

0
Q

Bestuurlijke regio

A

Gebied met eigen regels en wetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Afgrensbaar

A

Gebied dat door middel van een grens kan worden afgescheiden van andere gebieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Betrokkenheid

A

Een band met iets. Verbonden zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Continentaal plat

A

Het deel van de zeebodem dat aan een land grenst en tot dat land behoort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Culturele regio

A

Gebied met eigen taal,godsdienst geschiedenis en gewoontes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Economische regio

A

Gebied met een kenmerkende economische waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

EEZ - Exclusieve economische zone

A

Een afstand van 200 meter zeemijl die word bewaakt door de kustwacht en waar de eigenaar van dat land vis en grondstoffen mag Winnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Exclusiviteit

A

Het alleenrecht op een gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Gesloten grens

A

Waar helemaal niemand binnen komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Grens

A

Een lijn die 2 gebieden scheidt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Harde grens

A

Grens die moeilijk te passeren is en vast ligt ook gesloten grens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Identiteit

A

Een combinatie van opvallende kenmerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Kunstmatige grens

A

Grens die door mensen is bedacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Integratie

A

Een geheel worden met een andere groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Insluiting

A

Toetreden tot een groep met een andere identiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Landschappelijke regio

A

Gebied met een kenmerkend uiterlijk

16
Q

Landgrens

A

Grens tussen landen

17
Q

Lokalisme

A

De liefde voor de eigen woonplaats en de directe omgeving daarvan

18
Q

Mentale verstedelijking

A

Bewoners van het platteland nemen de stedelijke levensstijl over

19
Q

Natuurlijke grens

A

Grens die door de natuur is ontstaan

20
Q

Nationale identiteit

A

Een combinatie van opvallende kenmerken van een land

21
Q

Ontgrenzing

A

Moet vervagen en verdwijnen van grenzen

22
Q

Ontkerkelijking

A

Steeds minder mensen zijn gelovig of gaan naar de kerk

23
Q

Open grens

A

Zachte grens helemaal open bijv. NL BE

24
Participatie
Actief ergens aan meedoen
25
Pluriformiteit
Aanwezigheid van verschillen
26
Regionale identiteit
Een combi van opvallende kenmerken in een regio
27
Regionalisme
Het streven naar zelfstandigheid op regionale schaal zonder dat er sprake is van separatisme
28
Sociale samenhang
De mate waarin mensen contact met elkaar hebben
29
Sociale ongelijkheid
Ongelijke kansen voor mensen of bevolkingsgroepen
30
Soevereiniteit
Er is in het land geen hogere macht dan het eigen bestuur
31
Territoriale wateren
De eerste twaalf zeemijl vanaf de kust waar de wetten van de kuststaat gelden. Word ook territoriale zee genoemd
32
Territorium
Een deel grond dat van jou is
33
Tolerantie
Verdraagzaamheid
34
Uitsluiting
Niet geaccepteerd worden door een groep met een andere identiteit
35
zachte grens
grens waar je gewoon overheen kan gaan, dus niet als de grens usa-Mexico