Blok 3 - Spijsvertering en basis voedingsleer Flashcards
Amylase
Enzym verantwoordelijk voor de eerste vertering van de koolhydraten. Zit in speeksel
Pepsine
Enzym dat de overige macronutrienten (vooral eiwitten) afbreekt. Ideale pH-waarde van 2; maagzuur voldoet hieraan.
Voor de vertering van vetten zijn …. en …. belangrijk
Organen
Lever en galblaas.
Lever maakt gal aan om de vetten af te breken.
Galblaas slaat het op.
Koolhydraten zijn de belangrijkste energieleveranciers en vooral belangrijk voor: …. & …..
Hersenen en rode bloedcellen
Monosacharide
Enkelvoudige suikers
Disachariden
Tweevoudige suikers
Polysachariden
Meervoudige suikers
Glucose
Monosacharide
Ook wel druivensuiker. Hoeft niet verteerd te worden. Minder zoet.
Doet de bloedsuikerspiegel snel stijgen - hoge GI
Samen met galactose de bouwsteen voor een lactosemolecuul.
Fructose
Monosacharide
Vruchtensuiker (fruit, honing en groente)
Galactose
Monosacharide
Enkelvoudig melksuiker.
Samen met glucose de bouwsteen voor een lactosemolecuul.
Sucrose (Sacharose)
Disachariden
Rietsuiker / Bietsuiker.
Opgebouwd uit glucose en fructose
Maltose
Disachariden
Twee glucosemoleculen.
Enkel in maltbier.
Tussenproduct dat ontstaat als zetmeel wordt afgebroken door het enzym amylase
Lactose
Disachariden
Glucose en Galactose
Vorm van suiker in zuivelproducten.
Hoeveelheid in een product afhankelijk van bewerkingsproces.
Zetmeel
Polysachariden
graanproducten, aardappelen en pasta’s.
Wordt in de mond door amylase –> maltose.
Omgezet in darmwand glucose om zo opgenomen te worden in het bloed.
Glycogeen
Polysachariden
Opgeslagene vorm van glucose in dierlijke cellen.
Verzameling van meerdere glucose moleculen