Bloedvaten Flashcards
Vertel het verloop van de bloedvaten vanuit het hart
Hart - aorta ascendens - arcus aorta - aorta descendens -(aorta thoracica - aorta abdominalis), de aorta abdominalis komt aan in het bekken en zal daar splitsen.
In wat splitst de aorta abdominalis ter hoogte van het bekken?
In de a. iliaca externe, deze loopt buiten de bekkenholte en in de a. iliaca interne, deze loopt geen in de bekkenholte.
We hebben ook nog een zwakke tak in de mediaanlijn. Aan de onderzijde van het os scrum loopt deze, we noemen die arterie de a. sacralis mediana. Als deze verder loopt en we vinden deze arterie terug ter hoogte van de staart dan spreken we van de a. caudalis mediana.
Wat ontstaat er uit de aorta abdominalis en ter hoogte van het bekken?
- Parietale takken : Voor de wand. Voor het abdomen kunnen dit de huid/buikspieren en middenrif zijn.
Voor de a. iliaca interne gaan er parietale takken naar bv de gluteusspieren. Deze lijnen de boven en zijkant van de bekkenholte af. - Viscerale takken : Die gaan naar de verschillende organen.
Wat weet je over de a. iliaca interne?
Dat er een kort een lang type is.
- Kort type : Uit de pudenda interne ontstaat de viscerale takken. Uit de a. gluteus caudalis ontstaan de parietale takken. Dit type zien we bij paard en carnivoor.
- Lang type : Parietale als viscerale takken ontstaan beide uit de lange a. iliaca interne.
A. gluteus caudalis is de parietale eindtak. En de a. pudenda interne is de viscerale eindtak. Dit type zien we bij de herkauwer terug.
Vertel alles over de parietale takken van de a. iliaca interna
Deze arterie loopt mediaal van het bekken.
- A. gluteus caudalis is altijd te laatste tak. Deze vertakt in de gluteus spieren en in de bekkenhoofden van broekspieren. Loopt doorheen het foramen ischiaticum minor.
Vaak samen uit een gemeenschappelijke stam :
- A. gluteus cranialis deze loopt doorheen het spatium ischiaticum major.
- A. iliolumbalis, deze gaat lateraal liggen van het os ilium. Gaat naar de gluteusspieren maar ook naar de m. tensor fasciae lata.
Bij paard : A. obturatoria, deze blijft aan de binnenzijde van het os ilium. Komt aan het oppervlak doorheen het foramen obturatorium.
- A. Iliacofemoralis, deze tak loopt evenwijdig met de a. iliolumbalis en gaat naar de quadriceps.
- A. penis/clithoridis media, deze is meer ontwikkeld bij mannelijke dieren.
Benoem de verschillende viscerale takken van de a. iliaca interna
- A. umbilicalis : Er gaat bij het vrouwelijke dier een takje naar de navel. Dit is het ligamentum teres vescices. Stuurt ook bloed naar het craniale deel van de urineblaas, dit is de a. vesicalis cranialis. Bij carnivoor is deze afwezig. Het bloedvat is eerder een streng, bevat geen lumen.
- A. uterina / A. ductus deferents : A. uterina is veel sterker ontwikkeld. We spreken ook wel van de a. helicaenea. Deze kan sterk uitrekken bij groei van de uterus. Is afwezig bij de carnivoor.
Bij herkauwers kun je vanaf 5 maanden dracht een tuberulente bloedstroom voelen. - A. vaginalis / A. prostatica
> Ramus uterinus / ramus ductus deferentis : Bij de carnivoor enorm sterk uitgebreid. Verbind met de a. uterina. De ductus deferentis is zwak.
> Ramus urethericus : Naar de ureter.
> A. vescicalis caudalis : Gaat naar het caudale gedeelte van de urineblaas. - 3 takken gaan er naar caudaal
A. rectalis media : Gaat naar het middenstuk van het rectum lopen.
A. Perinealis dorsalis
Ramus urethralis : Naar het eerste stukje van de urehtra gaan.
- A. Pudenda interna A. rectalis caudalis A. perinealis ventralis A. Urethralis A. Clithorides en de a. penis. De a. clithoridis gaat in anastomose met de melkklier bij de koe.
In wat splitst de vena cava caudalis zich op?
In een v. iliaca externe en een v. iliaca interna. Deze ontstaan uit een gemeenschappelijk stuk namelijk de v. iliaca communis.
Verder hebben we ook een v. sacralis mediana. Deze zet zich verder in de v. caudalis mediana. Bij het rund worden deze gebruikt voor bloedname.
Vertel iets over de v. iliaca interne
Deze deelt zich ook op in viscerale takken en parietale takken.
- Visceraal : De v. uterina is zwakker dan de arterie.
- Parietaal : V. Gluteus cranialis, caudalis en iliolumbalis en bij alle diersoorten een v. obturatorium. Bij injectie ter hoogte van de broekspieren injecteer je op dit niveau.
Hoe verlopen de arteries ter hoogte van het achterbeen?
Van buighoek tot buighoek en bij voorkeur mediaal. Er zijn een aantal posities waar de arterie het bot overkluist. Hier kunnen we, voornamelijk bij de carnivoor, het bloedvat palperen.
In wat gaat de a. iliaca externe over?
In de a. femoralis. De a. iliaca externe moet dus vanuit de buikholte naar de buiten komen, dit gebeurt via de lacuna vasorum, want de a. femoralis ligt aan de mediale zijde van het achterbeen.
Van waar tot waar loopt het ligamentum inguinale?
Van tuber coxae tot eminentio iliopubica, dit wordt gevormd door de m. obliquus abdominis externe.
Wat gebeurt er met structuren die doorheen de lacuna vasorum gaan?
Deze komen lateraal van de m. obliquus abodomis externe te liggen en mediaal van het achterbeen.
Wat is het dijkanaal?
Een ruimte die we mediaal ter hoogte van de femur terug kunnen vinden. De leidingen van de lacuna vastrum lopen hier verder in door.
Wat is de liesring?
Deze wordt gevormd door de m.o.a.e waar de buik en de bekkenpees uit elkaar wijken. De m.o.a.i laat een stukje vrij, tegen het ligamentum inguinale aan, dit is de inwendige liesring.
In tegenstelling tot het dijkanaal is dit echt een kanaal. Het peritoneum kan hier doorheen.
De testis leggen deze weg af bij de foetale ontwikkeling.
Bij vrouwelijke dieren hebben we ook een peritoneum wat uitstulpt tot het oppervlakte van de inwendige liesring.
Wat weet je van de a. circumflex ilium profunda?
Dat deze zorgt voor de bloedvoorziening van het abdomen. Deze arterie loopt zeer diep en mediaal van de m. transversus abdominis. Deze deelt zich ook op in een craniale en caudale tak.
Vertel iets over het verloop van de a. iliaca externe
Deze arterie loopt verder in de a. iliaca ilium profunda. Die arterie deelt zich op :
- A. Femoralis, deze gaat naar het achterbeen.
- A. Profunda femoris, deze deelt zich ook weer verder op.
- A. Circumflexum femoris medialis. Deze vertakt in de spieren die starten ter hoogte van de onderzijde van het bekken + adductoren.
- Trucus pudendo epigastrios, die gaat door de inwendige liesring.
Deze loopt uit in een a. epigastrica caudalis die loopt op de rectus schede en gelegen is tussen de m.o.a.e en m.o.a.i.
Er gaat ook een tak door de uitwendige liesring. Dat is de a. pudenda externe. Deze geeft een craniale tak. De a. epigastrica caudalis superficialis en een caudale tak de ramus scrotalis/labialis ventralis.
Vertel iets over de arteries wat van toepassing is bij het wegnemen van de melklijst?
De a. labialis ventralis zal de a. mammilaris caudalis vormen en de a. epigastrica caudale superficiale vormt de a. mammilaris cranialis.
Een toepassing hierop is wanneer de melklijst dient verwijdert te worden. We moeten de bloedvaten gaan ligeren. Een misverstand is dat al het bloed van craniaal aangevoerd wordt.
Deze regio wordt vaak ook gebruikt voor huidtransplantatie.
Wat is een uitzondering bij paarden wat betreft de a. iliaca interna?
De a. uterina. De is afkomstig vanuit de a. iliaca externe.
Bij welke dieren zien we een a. abdominalis caudalis?
Enkel bij de carnivoor. De flankregio is hier zeer groot en gaat de buikwand vanuit caudaal bevloeien.
Wat is een uitzondering bij de a. umbilicalis?
Dat deze afwezig was bij de carnivoor. Uit de a. epigastrica caudalis gaat er een bloedvat terug naar de bekkenholte. En die arterie gaat naar de blaastop. We spreken van de a. vescicalis media.
Welk type penis zien we bij de hengst?
Een carverneus type. Om tot een erectie te komen is er veel bloed nodig en dus hebben we verschillende aanvoerende bloedvaten nodig.
- Een caudale uit de a. pudenda interna. (dus vanuit de a. iliaca interna)
- A. penis media die afkomstig is van a. obturatorium.
- Ramus scrotalis ventralis.
Welke VENEN spelen een rol bij het injecteren in de broekspieren?
De v. obturatoria en de v. circumflexum femoris medialis.