Bloed en bloedcellen Flashcards
Wat is de functie van het bloed
- Transport van moleculen en cellen tbv homeostase (denk aan voeding/afval)
- Transport van bloed: vatne + lymfevaten
Wat is de samenstelling van bloed
- Plasma
- Eiwit
- Cellen
- Tussenstof
Wat is serum
plasma - stollingsfactoren
Waarmee stimuleer je extra bloedaanmaak?
EPO
Wat is albumine
Universeel transport-eiwit
Welke globulinen heb je?
a –> enzyminhibitoren, transporteiwitten en antistoffen
b –> transferrine, cholesterol
y –> immunoglobulinen
Welke bloedcellen heb je
- erytocyten
- trombocyten
- leukocyten
Wat is de functie van erytocyten?
O2 en CO2 transport Bicocave vorm (makkelijke gasuitwisseling)
Welke bloedgroepen zijn er
A –> antigeen A antistof B
B –> Antigeen B, antistof A
0 –> Geen antigeen, antistof AB
AB –> Antigeen AB, geen antistof
Wat zijn trombocyten en wat is hun functie?
Kleine puntjes -> megakaryocyt
Activeert de stollingscascade
Welke leukocyten ken je en wat is hun functie?
Neutrofiele ganulocyt –> Acute reactie op ontstekingsprikkel, fagocytose
Monocyt –> reactie op ontstekingsprikkel, macrofaag (voor fagocytose) en dendritische cel (t-cellen)
Lymfociet –> B en T cellen
Basofiele granulocyt –> allergische reactie
Eosinofiele granulocyt –> antiparasitaire infectie, allergische reactie
Hoe worden bloedcellen gevormd?
Vanuit stamcel, beenmerg, heup borstbeen