Biologie PW H1 Flashcards

1
Q

Wat gebeurt er als je slijmvlies ontsteekt?

A

Dan krijg je astma.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is astma?

A

Een chronische ontsteking van slijmvlies en spiertjes die samengetrokken zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat kun je tegen astma doen?

A

Een pufje gebruiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is COPD?

A

Een chronische ontsteking aan de luchtwegen, vooral veroorzaakt door roken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat gebeurt er door COPD?

A

Door COPD krijg je minder longblaasjes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat doen mensen met COPD?

A

Ze hoesten heel veel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is hooikoorts?

A

Hooikoorts is gevoeligheid voor pollen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat kun je doen tegen hooikoorts?

A

Pillen/Medicijnen nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de nadelen van roken?

A
  • Meer kans op COPD.
  • Binnenkant van je longen wordt aangetast.
  • Grotere kans op longkanker.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe noem je kankercellen die bij elkaar blijven?

A

Goedaardig gezwel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe noem je kwaadaardig gezwel?

A

Uitzaaiing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is CO

A

Koolstofmonoxide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat gebeurt er als je veel CO inademt?

A

Je wordt moe en dan ga je dood.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is vitale capaciteit?

A

De maximale hoeveelheid lucht die per ademhaling kan worden ingeademd/uitgeademd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is benzine?

A

Benzine is een brandstof.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn beweging, warmte en licht?

A

Vormen van energie.

17
Q

Wat zijn stoffen die ontstaan bij verbranding?

A

Verbrandingsproducten

18
Q

Wat is een indicator?

A

Een stof waarmee je een andere stof aantoont.

19
Q

Wat is de meest gebruikte brandstof in cellen?

A

Glucose

20
Q

Wat voor lichaamstemperatuur hebben koudbloedige dieren?

A

Een lichaamstemperatuur die ongeveer gelijk is aan de omgeving waarin het dier leeft.

21
Q

Wat voor lichaamstemperatuur hebben warmbloedige dieren?

A

Een constante lichaamstemperatuur

22
Q

Wat is nicotine?

A

Een verslavende stof

23
Q

Wat doet teer?

A

Het beschadigt de luchtwegen