Biologie Hoofdstuk 6 Waarneming regeling gedrag doelstelling 5 Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

Wat zijn de 5 organen rondom een oog?

A
  • wenkbrauwen
  • wimpers
  • traanklieren
  • oogleden
  • traanbuizen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wenkbrauwen

A

zorgen ervoor dat zweet (vocht) langs de ogen loopt en niet erin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wimpers

A

beschermen de ogen tegen vuil en te fel licht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

traanklieren

A

produceren traanvocht. Traanvocht beschermt de ogen tegen uitdroging en spoelt kleine stofjes en prikkelende stoffen weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Oogleden

A

verspreiden traanvocht over de ogen en beschermen de ogen tegen vliegjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Traanbuizen

A

hierdoor wordt overtollig traanvocht afgevoerd naar de neusholte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Oogspieren

A

draaien het oog in de gewenste richting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

harde oogvlies

A

stevig, geeft bescherming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoornvlies (doorzichtig)

A

de voortzetting van het harde oogvlies aan de voorkant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Vaatvlies

A

bevat veel bloedvaten; zorgt voor de voeding van een groot deel van het oog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Iris of regenboogvlies (gekleurd)

A

de voortzetting van het vaatvlies aan de voorkant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Pupil

A

opening in de iris

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Lens

A

achter de iris en pupil. De lens zorgt ervoor dat je scherp kunt zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Gele vlek

A

plaats in het centrum van het netvlies. Met de zintuigcellen in de gele vlek kun je het scherpst zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Oogzenuw

A

geleidt impulsen naar de hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Blinde vlek

A

plaats van het netvlies waar de oogzenuw het oog verlaat. De blinde vlek bevat geen zintuigcellen

17
Q

Glasachtig lichaam

A

houdt het netvlies op zijn plaays