Bewaking van de inwendige vaattoegang Flashcards

1
Q

noem 4 manieren om naar de shunt te kijken

A
  • inflow
  • verbinding
  • outflow
  • pomp
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Benoem 4 aandoeningen aan de huid waar je moet opletten tijdens inspectie.

A
  1. Infectie
  2. Ertythema, dan geen Emma gebruiken!
  3. Hematoom
  4. Aneurysma
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Benoem welke inspectie je uitvoert aan de handen bij een ischemie.

A
  1. wondjes aan de vingers

2. Cyanotische vingers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is een elevatie test ?

en wanneer pas je dit toe

A

Een test, waarbij je de armen omhoog Houdt van de patient.

Als je denkt dat er een stenose is in de shunt, vooral bij een shunt met 2 bultjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem 7 bewakingsinstrumenten en vertel hoe deze werken.

A
  1. observatie
  2. flowmeting
  3. drukmeting statisch of dynamisch
  4. VP0/MAP/Curve
  5. Recirculatie
  6. Schuifmaat
  7. Echo
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke methode van flow meten ken je en wat is het principe ?

A
  1. Dilutie methode
  2. Koude of warmte bolus: de machine doet dit zelf.
  3. Stroomsnelheid in combinatie met echo = de echtduplex
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het principe van dilutiefow meten ?

A

nog invullen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de voorwaarden om flow te meten ?

Noem 5 punten

A
  1. 2 naalden
  2. In hetzelfde bloedvat
  3. voldoende ruimte tussen de naalden > 5 cm
  4. andere vloeistoffen op stop
  5. Arterieel naar mee of tegenstroom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe vaak moet er een flowmeting gedaan worden bij een graft en een fistel

A

Graft:
1 x per maand. Boven de 600 ml/min of met een daling meer dan 20% in de maand

Fistel:
1 x per 3 maanden. Boven de 300 per maand. Bij een nieuwe shunt eerste drie maanden elke maand.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat gebeurt er als de stuntflow 1500 ml/min is ?

A

Hartproblemen, dan 1 keer per jaar een echo van het hart laten maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Benoem 4 verpleegkundige observaties voor verdenking stenose bij een shunt.

A
  1. moeilijkheden bij aanprikken
  2. Pijnlijke arm, oedeem
  3. verlengde afdruktijd na het verwijderen van de naalden
  4. elevatietest
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

STENOSE rond 25 MIN luistern

A

nog invullen rond 2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Benoem 3 verpleegkundige observaties bij centraal veneuze stenose

A
  1. Inspectie bovenarmen en schouders
  2. Oedeem
  3. Kleur van Arm hand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Benoem de 4 stadia van Fontaine’s classificatie van HAIDI.

A
  1. Blauwe/witte en/of koude hand zonder pijn.
  2. Pijn bij bewegen en/of tijdens HD
  3. Ischemische pijn in rust
  4. Ulcus, necrose en gangreen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly