Bevruchte eicel + menstruatie Flashcards

1
Q

Hatching

A

De eicel komt uit zijn beschermlaag (zona pellucida). De eicel is nu los in de baarmoeder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Appositie

A

eerste contact tussen eicel en baarmoeder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Adhesie

A

hechting baarmoeder en eicel wordt sterker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Invasie

A

Uitsteeksels van de trofoblastcellen vermenigvuldigen zich en dringen het baarmoederslijmvlies binnen

Cytotrofoblasten + syncytiotrofoblasten worden gevormd en deze zorgen ervoor dat er stofwisseling tussen moeder en eicel kan plaatsvinden [deze vormen later de chorionvilli]

Uniek mechanisme vindt plaats waardoor eicel niet afgestoten wordt door het immuumsysteem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Placenta 1ste trimester

A

Primaire placenta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Placenta 2de en 3de trimester

A

definitieve placenta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Uteroplacentaire circulatie

A

De bebloeding van de baarmoeder/placenta verandert, naar mate de zwangerschap vordert. De bloedvaten veranderen om meer/beter voedingsstoffen te kunnen leveren aan de foetus/placenta. Bloedvaten worden breder en groter.

Dit proces klaar rond 20 weken

Problemen in dit proces kan leiden tot pre-eclampsie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Onderdelen folliculaire fase

A

Recruiting (van 20 preantrale follikels naar 20 antrale follikels)
Selectie (van 20 antrale follikels naar 1 dominante)
Pre-ovulatoire follikel + luteïnisatie (dominante follikel wordt groter, evolueert naar preovulatoire follikel. Luteïnisatie = E wordt niet meer gemaakt, P neemt toe, veroorzaakt door LH)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Onderdelen luteale fase

A

Corpus luteum (wordt aangemaakt + zorgt voor P, Inh en E2)
Luteolyse (corpus luteum gaat kapot)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly