Begrippenlijst H2 Da31 Flashcards

1
Q

Absolute ouderdom

A

De ouderdom gemeten in jaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Dagbouw

A

Winning van delfstoffen in de openlucht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Fossiel

A

Een versteend overblijfsel of afdruk van een dier of plant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Fossiele brandstoffen

A

De brandstoffen bruinkool, steenkool, aardolie en aardgas die ontstaan zijn uit miljoenen jaren oude resten van planten en dieren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gidsfossiel

A

Fossiel dat in een relatief klein gebied een korte tijd leefde. Met gidsfossieleb kun je de absolute ouderdom vaststellen van de gesteentelaag waarin ze voorkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Inkolingsproces

A

Proces waarbij plantenresten onder hoge druk en temperatuur rest veen, daarna bruinkool en ten slotte in steenkool veranderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kenozoïcum

A

65 miljoen jaar geleden begon
Warme en koude klimaten wisselen elkaar af
Er waren zoogdieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Kritieke grond stoffen

A

Grondstoffen die economisch belangrijk zijn, maar waarvan de aanvoer niet betrouwbaar is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Massa-extinctie

A

Het massaal uitsterven van planten en dieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Mesozoïcum

A

250 tot 65 miljoen jaar geleden Pangea valt uit elkaar onze huidige continenten ontstaan
Dinosauriërs en ammonieten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Metamorf gesteente

A

Gesteente dat onder hoge druk en temperatuur gemetamorfoseerd (verandert) bijvoorbeeld marmer dat uit kalksteen is ontstaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Moedergesteente

A

Het gesteente waarin aardolie en aardgas zijn ontstaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Paleozoïcum

A

550 tot 250 miljoen jaar geleden eerst bewogen de uit elkaar daarna ontstond
Pangea trilobieten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Precambrium

A

4600 tot 550 miljoen jaar geleden na afkoeling ontstonden de voorlopers van onze continenten aan het einde ontwikkelde zich de eerste levensvormen aan het aardoppervlak bacteriën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Relatieve ouderdom

A

De volgorde waarin bepaalde gesteenten of fossielen zijn ontstaan meestal geld hoe dieper hoe ouder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Reservoirgesteente

A

Het poreuze gesteente waarin zich aardolie en aardgas vanuit het moedergesteente verplaatsen en van waaruit het gewonnen wordt

17
Q

Schachtbouw

A

Winning van delfstoffen in ondergrondse mijnen

18
Q

Sedimentgesteente

A

Gesteente dat opgebouwd is in lagen zand en klei die over elkaar heen werden afgezet die losse deeltjes verharden tot gesteente door druk van bovenliggende lagen voorbeelden zijn zandsteen kalksteen en kleisteen

19
Q

Stollingsgesteente

A

Gesteente ontstaan door afkoeling van magma bijvoorbeeld graniet en kwarts

20
Q

Delfstoffen

A

Gesteente en mineralen die economisch nut hebben

21
Q

Noem de juiste volgorde van de tijdperken

A

Kenozoïcum ( kwartair tertiair )
Mesozoïcum ( krijt jura trias )
Paleozoïcum ( perm Carboon devoon siluur ordovicium cambrium )
Precambrium