Begrippen Hoofdstuk 5 Flashcards
Elektrisch geladen
Situatie waarin een voorwerp een elektrische lading heeft
Elektron
Negatief geladen deeltje
Negatieve lading
De lading die een (neutraal) voorwerp krijgt als het elektronen opneemt
Neutraal
Situatie waarin een voorwerp evenveel positieve als negatieve lading bevat
Positieve lading
De lading die een (neutraal) voorwerp krijgt als het elektronen afstaat
Proton
Positief geladen deeltje
Spanning
Een maat voor hoeveel elektrische energie elk deeltje met zich meedraagt
Statisch
Situatie waarin een voorwerp een elektrische lading heeft
(I,U)-diagram
Grafiek waarin de stroomsterkte is uitgezet tegen de spanning
LDR
Variabele weerstand die gevoelig is voor veranderingen in de hoeveelheid licht
NTC
Variabele weerstand die bij een lagere temperatuur een hogere weerstand krijgt
Ohmse weerstand
Een weerstand waarvan de weerstand bij elke spanning even groot is
Weerstand
De eigenschap van een component die bepaalt hoe gemakkelijk elektrische stroom erdoorheen kan gaan
Wet van Ohm
Regel die stelt: de spanning (over een draad) en de stroomsterkte (door de draad) zijn recht evenredig
Totale stroomsterkte
De stroomsterkte die in het niet-vertakte gedeelte van een parallelschakeling
Vervangingsweerstand
Term voor de totale weerstand als meerdere weerstanden in serie of parallel geschakeld zijn