Begrippen Hoofdstuk 2 Flashcards
Elastische vervorming
Vervorming waarbij de oorspronkelijke vorm weer terugkomt als de kracht ophoudt te werken
Kracht
Natuurkundig begrip dat duidelijk maakt hoe voorwerpen elkaars vorm en of beweging veranderen
Krachtenschaal
Verhouding die je kiest om krachten te kunnen tekenen geeft aan hoe groot de kracht is die 1 cm van de krachtenpijl voorsteld
Krachtenmeter
Instrument met een spiraalveer waarmee je krachten kunt meten
Magnetische kracht
Kracht die werkt tussen de twee polen van een magneet kan afstotend of aantrekkend zijn
Plastische vorming
Vervorming waarbij het voorwerp blijvend wordt vervormd nadat er een kracht op is uitgeoefend
Spankracht
Kracht die in een touw ontstaat als er aan beide uiteinden wordt getrokken
Spierkracht
Kracht die ontstaat doordat spieren in een lichaam zich samentrekken
Vector
Pijlvormige weergave van de grootte de richting en het aangrijpingspunt van een kracht
Veerkracht
Kracht die ontstaat als je een veerkrachtig materiaal uitrekt of indrukt
Zwaartekracht
Kracht waarmee de aarde aan jou trekt en aan alle voorwerpen om je heen
Zwaartepunt
Een (denkbeeldig) punt waar je de zwaartekracht op een voorwerp kunt laten aangrijpen
Normaalkracht
Kracht die loodrecht vanuit het oppervlak van een voorwerp werkt bijvoorbeeld de kracht van een tafelblad op een fruitschaal
Nulstand
De lengte van een veer als die niet wordt uitgerekt
Parallellogrammethode
Manier om de resultanten te vinden wanneer twee krachten een willekeurige hoek met elkaar maken