Begrippen Hoofdstuk 3 Ak Klas 2 Flashcards
Aardkorst
De vaste buitenste schil van de aarde, tussen de 6 en 70 km dik.
Plaat
Een gebroken stuk van de aardkost
Bovenloop
Het eerste stuk van de rivier vanaf de bron, waar veel reliëf is en waar de rivier snel stroomt.
Middenloop
Het deel van de rivier tussen de bovenloop en bendenloop waar nog wel wat reliëf is, maar waar de rivier minder snel stroomt dan in de bovenloop.
Bendenloop
Het laatste stuk van de rivier bij de zee, waar weinig reliëf is en waar de rivier langzaam stroomt.
Condenseren
Het veranderen van waterdamp (gasvormig) in vloeibaar water.
Verdampen
Het veranderen van vloeibaar water in waterdamp (gasvormig).
Waterkringloop
De voortdurende verplaatsing van water, waarbij het water steeds overgaat van de ene toestand (fase) in de ander: vast vloeibaar en gasvormig.