begrippen H9 Flashcards

1
Q

botsende-deeltjesmodel

A

Volgens het botsende-deeltjesmodel treedt er een chemische reactie op zodra twee of meer deeltjes met de juiste snelheid met elkaar botsen. Dit heet een effectieve botsing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

biobrandstoffen

A

Biobrandstoffen worden gemaakt uit biomassa, materiaal van organische oorsprong. Dit materiaal bevat chemische energie, die door fotosynthese in de stof is opgeslagen. Voorbeelden van biobrandstoffen zijn bio-ethanol, biodiesel en biogas. De verbranding van biobrandstoffen draagt niet bij aan het versterkte broeikaseffect, omdat ze CO2 neutraal zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

fossiele brandstoffen

A

Fossiele brandstoffen zijn gedurende miljoenen jaren onder hoge druk en temperatuur uit planten en dierenresten gevormd. Voorbeelden zijn aardgas, steenkool en aardolie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

gefractioneerde destillatie

A

Aardolie wordt op basis van kooktrajecten gescheiden in verschillende fracties. Dit proces heet gefractioneerde destillatie. Na de scheiding wordt de naftafractie verder verwerkt door uit langere koolstofketens kortere ketens te maken in een proces dat we kraken noemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

(gemiddelde) reactiesnelheid

A

De reactiesnelheid is het aantal mol stof dat per liter en per seconde ontstaat of verdwijnt je kunt de gemiddelde reactie snelheid meten door de concentratieverandering (mol L-1) te delen door de verstreken tijd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

reactiewarmte

A

De reactie energie geeft aan hoeveel energie vrijkomt of nodig is bij een chemische reactie: reactie energie = reactieproducten - beginstoffen. Omdat de reactie meestal vrijwel volledig uit warmte bestaat, noemen we de reactie energie de reactie warmte. De reactiewarmte kun je berekenen uit de vormingswarmten van de beginstoffen en reactieproducten. De vormingswarmte geeft aan hoeveel warmte vrijkomt of nodig is bij het vormen vormen van een mol stof uit zijn elementen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

versterkt broeikaseffect

A

De temperatuur op aarde wordt bepaald door de balans tussen de hoeveelheid zonnestraling die het aardoppervlak opwarmt en de hoeveelheid warmtestraling die vanaf het oppervlak wordt uitgestraald naar de ruimte. Broeikasgassen houden de warmte straling deels tegen. Dit natuurlijke verschijnsel heet het broeikaseffect. Door een toenemende concentratie broeikasgassen in de atmosfeer verschuift de balans, waardoor de gemiddelde temperatuur op aarde stijgt. Dit is het versterkt broeikaseffect.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wet van behoud van energie

A

Volgens de wet van behoud van energie kan energie nooit verdwijnen of ontstaan. Je kunt alleen de ene vorm van energie omzetten in een andere vorm van energie. Bij elke energieomzetting wordt een deel omgezet in nuttige energie en een deel in niet-nuttige vorm van energie. Hoe hoger het nuttige deel van de energie, hoe hoger de kwaliteit van energie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly