begrippen H2 Flashcards
aristocratie
bestuur door een groep edelen
burgerschap
het hebben van politieke en maatschappelijke rechten als inwoner van een stad, gebied of land
democratie
bestuursvorm waarin het volk de hoogste macht heeft
diaspora
verspreiding van een volk over vele landen
directe democratie
burgers stemmen zelf over politieke voorstellen, bijvoorbeeld in een volksvergadering
filosoof
denker die zoekt naar logische verklaringen voor verschijnselen of antwoorden op levensvragen
imperium
een groot rijk waarin meerdere volken door 1 volk worden bestuurd
de Kerk
de organisatie die leiding geeft aan de christenen
klassiek
betrekking hebbend op de grieks-romeinse cultuur
kolonie
een nederzetting buiten het eigen land, waar inwoners van het eigen land zich vestigen en er economische en/of bestuurlijke macht hebben
landbouwstedelijke samenleving
een samenleving waarin de meerderheid van de mensen op het platteland woont en van de landbouw leeft, maar waarin ook steden bestaan als centra van bestuur, handel en nijverheid. ook: agrarisch-urbane samenleving
martelaar
iemand die is gestorven voor zijn geloof
messias
redder, verlosser, heilbrenger
monarchie
een land waarin een koning door erfopvolging aan de macht is gekomen
monotheïsme
een godsdienst waarin 1 god wordt vereerd
mythe
verhaal waarin goden en helden voorkomen
mythisch denken
het begrijpen en verklaren van een verschijnsel door uit te gaan van goddelijk ingrijpen
polis
grieks voor stadstaat, meervoud is poleis
republiek
een land zonder koning, waarin de macht verdeeld is onder een deel van de burgers
romanisering
het overnemen van elementen van de romeinse cultuur door niet-romeinse volken
senaat
politiek overlegorgaan
tirannie
een land dat bestuurd wordt door een (vaak wrede) alleenheerser
volksverhuizing
ontwikkeling waarbij een heel volk zich verplaatst
wetenschappelijk denken
het begrijpen en verklaren van een verschijnsel door het gebruik van het verstand, waarnemingen en logisch redeneren
