Begrippen Bij H4 Flashcards
1
Q
Assimilatie
A
Opbouwstofwisseling
2
Q
Dissimilatie
A
Afbraakstofwisseling
3
Q
Stofwisseling
A
Metabolisme
Opgenomen stoffen omgezet
4
Q
Endo-energetisch
A
ATP nodig
Opnemen
5
Q
Exo-energetisch
A
ATP vrijmaken
Afgeven
6
Q
Katalisator
A
Stof die reactie sneller / trager doet gaan
7
Q
Biokatalisator
A
Enzymen
8
Q
Substraat
A
In actief centrum (enzyme) ‘gebracht’
9
Q
Actief centrum
A
Ruimtelijke schikking proteïne
(Groef / holte)
10
Q
Substraatspecifiek
A
In elk enzyme past maar 1 substraat
11
Q
Activeringsenergie
A
Minimale energiedrempel
12
Q
Sleutelslot princiepe
A
Op elk enzyme past max 1 substraat
13
Q
Substraatconcentratie
A
Aantal bezette substraten
14
Q
Optimumtemperatuur
A
Best voor enzymen (37°)
15
Q
Thermofiele organismen
A
Houden van warmte