begrippen 8+9 Flashcards

1
Q

belanghebbende

A

degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.

het belang moet aan de volgende eisen voldoen (OPERA):
1. Objectief bepaalbaar: hetgeen waarvan de belanghebbende klachten ervaart betreft een objectief bepaalbaar belang.
2. Persoonlijk belang: de persoon moet zich voldoende onderscheiden van willekeurige anderen.
3. Eigen belang: opkomen voor het belang van een ander is niet mogelijk
4. Rechtsreeks belang: er moet voldoende causaal verband zijn tussen de gevolgen van het besluit en het geraakte belang
5. Actueel belang: het belang moet actueel zijn en dus niet gericht op eventuele toekomstige gebeurtenissen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

bezwaar

A

bij bezwaar gaat het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen dit besluit heroverwegen. Vervolgens neem het een besluit op bezwaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

administratief beroep

A

hierbij oordeelt het bestuursorgaan over een besluit van een ander bestuursorgaan.

Dit komt pas voor als in een wet is bepaald dat deze route is voorgeschreven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

functies bezwaarprocedure

A

1) de zeeffunctie: het aantal beroepen op de rechter wordt vermindert.
2) het is een goede, eenvoudige en toegankelijke regeling van rechtsbescherming: het is kosteloos, er vindt een doelmatigheidstoets plaats. Dit betekent dat het bestreden besluit niet alleen op rechtmatigheid, maar ook op beleidsaspecten wordt beoordeeld.
3) alle feiten en omstandigheden, zoals bekend op het moment van beslissen op bezwaar, worden meegenomen. (besluitvorming ex nunc)
4) dossierfunctie: de zaken die bij de bestuursrechter belanden zijn beter afgebakend en duidelijker uitgewerkt
5) signaleringsfunctie: gebreken in de bestuurlijke organisatie zijn beter zichtbaar en kunnen beter benoemd worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

verbod van reformatio in peius

A

de indiener van een bezwaarschrift mag met een nieuw besluit niet slechter af zijn dan wanneer hij geen bezwaarschrift zou hebben ingediend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

marginaal toetsen

A

terughoudend. De bestuursrechter gaat niet toetsen of dit het beste besluit is, maar gaat toetsen of he bestuursorgaan in redelijkheid tot het besluit had kunnen komen dat ze heeft genomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

mogelijkheden inhoudelijke beoordeling

A
  1. eerst een voorlopig rechtmatigheidsoordeel, dan een belangenafweging. Wanneer deze methode wordt gebruikt gaat de rechter eerst kijken of naar zijn voorlopige oordeel het besluit rechtmatig is. Vervolgens wordt op basis hiervan een belangenafweging uitgevoerd. Op basis van dit voorlopige rechtmatigheidsoordeel en de belangenafweging wordt dan geoordeeld of de voorlopige voorziening wordt toegewezen.
  2. Soms is een voorlopig rechtmatigheidsoordeel niet mogelijk, bijvoorbeeld omdat de zaak veel te ingewikkeld is. Dan wordt meteen over gegaan op belangenafweging.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Indien de vovorechter het verzoek toewijst zijn de volgende mogelijkheden

A
  • het schorsen van de werking van een besluit
  • het behandelen van de belanghebbende alsof hij over een bepaalde vergunning beschikt
  • het geven van een voorschot op een financiële uitkering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly