basiszinnen. Flashcards
ik wil mij graag voorstellen.
ik heet maudy en ik ben veertien jaar
ich mochte mich gern vorstellen. Ich heiBe Maudy und bin 14 Jahre alt.
ik zit op het kajmunk college en ik zit in de 3e klas van havo
ich gehe auf das Kajmunk College und bin in der 3. Klasse von der Realschule,
ik heb dit jaar 3x een proefwerkweek, namelijk in januari, maart en juni
ich habe dieses Jahr dreimal eine Prufungswoche, namlich in Januar, Marz und Juni
de opleiding duurt 5 jaar. Ik moet echt hard werken om het te halen.
Die Ausbildung dauert 5 Jahre. Ich muss viel lernen, um durchzukommen.
ik heb je advertentie in het tijdschrift Bravo gelezen
ich habe deine Anzeige in der Zeitschrift Bravo gelesen.
ik wil graag met jou schrijven om mijn Duits te verbeteren
ich mochte gern mit dir schreiben, um mein Deutsch zu verbessern.
hoe gaat het met jou?
Wie geht es dir?
met mij gaat het goed.
Mir geht es gut
ik woon in een rijtjeshuis/eengezinswoning/flat
Ich wohne in einem Reihenhaus/Einfamilienhaus/hochhaus
ik heb (g)een eigen kamer. In mijn kamer staan een kast, een pc, een tv
Ich habe (k)eine eigenes Zimmer. In meinem Zimmer stehen ein Schrank, ein bett, ein Computer, ein Fernseher
ik heb een vader en een moeder. Zij heten Patrick en Isabelle.
Zij zijn 48 en 44 jaar.
Ich habe einen Vater und eine Mutter.
Sie heiBen patrick und isabelle. Sie sind 48 und 44 Jahre alt.
Ik heb een zus, zij is 6 jaar oud.
Ich habe eine Schwester, sie ist 6 Jahre alt.
ik wil iets over mijn hobby vertellen
ich mochte etwas uber mein Hobby erzahlen
ik voetbal
ich spiele FuBball
ik train 2x per week op dinsdag en donderdag
ich trainiere zweimal pro Woche am Dienstag und am Donnerstag