Basic terms Flashcards
Hypo-esthesie
Verminderde gnostische sensibiliteit (minder proprioceptie, fijne tast en vibratiezin)
Anesthesie
Afwezige gnostische sensibiliteit (proprioceptie, fijne tast en vibratiezin)
Dysesthesie
Onaangenaam veranderd gevoel dat niet overeenkomt met de prikkel
Paresthesie
Onaangenaam, vaak prikkelend gevoel, dat spontaan zonder prikkel optreedt
Hyperesthesie
Overmatige gevoeligheid voor gevoelsprikkels
Hypoalgesie
Verminderde vitale sensibiliteit (pijn, temperatuur, druk en grove tast
Analgesie
Afwezige pijnzin
Allodynie
Pijnlijk gevoel bij prikkel die normaal niet pijnlijk is
Hyperalgesie
Sterk pijngevoel bij slechts licht pijnlijke prikkel
Hyperpathie
Pijn bij aanraking die na stoppen van de prikkel nog doorgaat (soms bij lichte aanraking, soms bij sterke prikkels of enkel bij pijnprikkels)
Causalgie
Voortdurend branderig gevoel zonder directe prikkel
Neuropathie
Zenuwuitval in het algemeen, maar ook voortdurend irriterende pijn in een zenuwgebied
Neuralgie
Kortdurende schietende pijn in het verloop van een zenuw
Chorea
Lang aanhoudende spierspasmen leidend tot karakteristieke houdingen (zijn niet te onderdrukken bij de instructie om ‘stil te blijven’)
Athetose
Langzaam wringende bewegingen van extremiteiten en mond