Ba2 Flashcards

1
Q

DD; je bent huisarts en op je spreekuur komt een moeder met haar 11-jarige zoon omdat hij last heeft van pijn aan zijn linkeroor sinds 3 dagen

A

otitis media acuta (met of zonder efussie/slijmoor)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke symptomen bij ottitis media acuta?

A

acuut oorpijn
vaak met koorts
prikkelbaarheid en slecht slapen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke diagnostiek bij otitis media acuta?

A

otoscopie
kweek (op indicatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zie je bij een OMA op een otoscopie?

A

erytheem van het trommelvlies
vocht in het middenoor
otorroe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waardoor wordt OMA meestal veroorzaakt?

A

een virus (RSV of influenza)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke bacterien kunnen een OMA veroorzaken?

A

streptococcus pneumonia
haemophilus influenzae
moraxella catarrhalis
groep A streptococcen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn risicofactoren van OMA?

A

passief roken
creche bezoek
anatomische afwijkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn indicaties voor een kweek bij OMA?

A

antibiotica falen/ resistentie verdenking
complicaties
immuunstoornissen
sepsis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke behandeling voor OMA?

A

pijnstilling
evt; xylometazoline of NaCl spoeling bij neusverstopping
antibiotica op indicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn indicaties voor antibiotica bij OMA?

A

ernstig ziek kind
steeds zieker knd
na 3 dagen geen verbetering
loopoor met koorts en/of pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke behandeling voor een kind met recidiverende OMA >3x?

A

trommelvliesbuisjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke vorm van ottitis heeft tekenen van een acute infectie?

A

OMA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn symptomen van ottitis media met effussie?

A

slechthorendheid
gedragsproblemen
drukkend gevoel op de oren
problemen in spraak en taal ontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de behandeling voor otitis media met effucie?

A

trommelvliesbuisjes en een hoortoestel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

DD; je bent huisarts op de huisartsenpost. Het is 23:00, op je spreekuur komt een 3 jarig jongetje met klachten van kortademigheid

A

laryngitis subglotica
epiglottitis
bronchiolitis
pneumonie
acute bronchitis
BLWI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is laryngitis subglotica?

A

infectie met het para-influenzavirus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

risicofactoren laryngitis subglotica?

A

1-4 jaar
herfst en winter
na verkoudheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke symptomen bij laryngytis subglottica?

A

heesheid
blafhoest
toenemende inspiratoire stridor (vooral s’avonds)
verhoging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is de behandeling bij laryngitis subglottica?

A

intubatie/zuurstofsupletie indien nodig
evt glucocorticosteroid injectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is de oorzaak van epiglottitis?

A

haemophilus influenzae type B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is een risicofactor voor epiglottitis?

A

vaccinatie status

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat zijn symptomen van epiglottis?

A

hoge koorts
acuut ernstig ziek
snel progresieve inspiratoire stridor
kind zit rustig met de kin naar voren
kwijlen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Welke diagnostiek voor epiglottis?

A

keeluitstrijk en bloedkweek
laryngoscopie onder narcose
NIET met een spatel in de keel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Welke behandeling voor epiglottis?

A

antibiotica
intubatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Waardoor wordt bronchiolitis vaak veroorzaakt?

A

respiratoir syncytieel virus (RSV)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Risico factoren bronchiolittis?

A

in de herfst en winter
< 2 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat zijn symptomen van bronchiolitis?

A

progresieve dyspnoe
hoesten
verhoging
apneus
tachycardie
tachypnoe
verlengd experium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Wat merk je bij LO aan bronchiolitis?

A

inspiratoire crepitaties
expiratoir piepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Welke diagnostiek voor bronchiolitis?

A

RSV PCR
X-thorax bij dreigende respiratoire insufficientie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Welke behandeling bij bronchiolitis?

A

zuurstofsupletie
bronchusverwijders bij pos effect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Welke preventie van bronchiolitis?

A

palivizumab bij hoog risico op ernstige infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Welke symptomen bij een pneumonie?

A

koorts
hoesten
tachypnoe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Wat merk je bij LO van een pneumonie?

A

rhonchi
crepitaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Wat is de meest voorkomende verwekker van pneumonie bij kinderen tussen de 3 maanden en 5 jaar?

A

viraal (RSV, (para)influenza, adenovirus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Welke diagnostiek voor een pneumonie?

A

X-thorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

DD; 4 jarige jongen met recidiverende klachten van dyspnoe en hoesten sinds een half jaar?

A

astma
luchtweginfectie
allergie
maligniteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Wat is kenmerkend van astma?

A

allergie
reversiebele luchtwegvernauwing
piepende ademhaling
benauwdheid
hoesten (vooral s’avonds of s’ochtends)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Welke labwaarde bij allergisch astma?

A

IgE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Wat zijn kenmerken van niet allergisch astma?

A

volwassen leeftijd
geen genetische predispositie
uitgelokt door infecties, beroepsgerelateerde facoren, medicatie of inspanning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Welke diagnostiek voor astma?

A

reversibiliteitsmeting
min 12% verbetering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Welke behandeling voor astma?

A

1) kortwerkend B2 antagonist
2) inhalatie corticosteroid
3) langwerkende B2 antagonist
4) m receptor antagonist
5) steroid, montelukast of omalizumab

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Wat is salbutamol?

A

kort werkende beta2 antagonist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

DD; infectioloog, 38 jarige patient verwezen door de straatarts, hoestklachten verergerd in afgelopen 5 dagen, sinds 3 dagen ook koorts

A

longcarcinoom, COPD, covid 19, pneumonie, longtuberculose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Wat zijn risicofactoren voor longcarcinoom?

A

oudere man
genetisch
80-90% roken
astbest, radon, arseen, nikkel
longziekten
bestraling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
44
Q

Welke symptomen bij longcarcinoom?

A

hoesten met sputum
afvallen
dyspnoe (ontstaat langzaam maar kan acuut worden verergerd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
45
Q

Welke labwaarden kunnen bij longcarcinoom wijzen op metastasen?

A

hypercalciemie
verhoogde leverenzymwaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
46
Q

Welke diagnostiek voor longcarcinoom?

A

CT
BAL
biopt
PET scan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
47
Q

Welke detectie drempel bij een PET scan?

A

7 mm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
48
Q

Met welke aandoening wordt een EGFR mutatie geassocieerd?

A

adenocarcinoom (long)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
49
Q

Wat is de 5 jaarsoverleving van longcarcinoom?

A

15%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
50
Q

Welke behandeling voor longcarcinoom?

A

resectie, chemo, bestraling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
51
Q

Welke complicaties van covid 19?

A

tromotisch, aspergilis infectie, decompensatio cordis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
52
Q

DD; 54 jarige vrouw met hoestklachten sinds 1,5 week

A

bovenste luchtweg infectie
acute bronchitis
tbc
pneumonie
kinkhoest
longcarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
53
Q

Wat is de oorzaak van TBC?

A

mycobacterium wordt opgenomen in dentritische cellen en aangeboden aan de lymfeklieren
hierdoor ontstaat een granuloom in de longen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
54
Q

Waar vind je vooral granulomen bij TBC?

A

in de top van de long

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
55
Q

Wat zijn symptomen van tuberculose?

A

langdurig hoesten
vermoeidheid
koorts
anorexie
pijn op de borst
gewichtsverlies
nachtzweten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
56
Q

Welke medicatie voor tuberculose?

A

rifampicine gedurende 6 maanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
57
Q

Wat is de meldplicht voor TBC?

A

B1, arts en lab moeten binnen 1 werkdag een melding doen bij de GGD
gedwongen isolatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
58
Q

Welke diagnostiek voor TBD?

A

kweek
ziehl neelsen kleuring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
59
Q

Wat is een mantoux test?

A

test TBC actief en inactief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
60
Q

Waardoor wordt kinkhoest veroorzaakt?

A

bordetella pertussis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
61
Q

Bij wie komt kinkhoest vooral voor?

A

ongevacineerde kinderen
volwassenen (bescherming is tijdelijk)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
62
Q

Welke diagnostiek voor kinkhoest?

A

PCR in catarrale fase (1-2 weken)
daarna serologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
63
Q

Wat is de catarrale fase van kinkhoest?

A

1-2 weken verkoudheid
vooral s’nachts hoesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
64
Q

Wat is de paroxismale fase van kinkhoest?

A

2-6 weken hoestaanvallen
diepe gierende ademhaling
vooral s’nachts, opgeven van sputum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
65
Q

Wat is de derde fase van kinkhoest?

A

reconvalenscentie fase, 6-12 weken hoesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
66
Q

Wat is het verloop van kinkhoest bij pematuren?

A

apneu en cyanose, geen hoesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
67
Q

Welke behandeling bij een baby met kinkhoest?

A

sonde als het kind niet kan eten
zuurstof bij cyanose
opname bij appneu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
68
Q

Wat is de meldplicht van kinkhoest?

A

B2 melding door arts en lab binnen 1 werkdag, verbod op beroepsuitoefening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
69
Q

Wat is de behandeling voor kinkhoest bij volwassenen?

A

azitromycine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
70
Q

Wat is de behandeling voor kinderen met (blootstelling aan) kinkhoest?

A

claritromycine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
71
Q

wat hoor je bij LO van een pneumonie?

A

eenzijdige ronchi of crepitaties
hyposonore percussie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
72
Q

DD; cardiologie, 70 jarige man met DM2

A

acuut coronair syndroom, pericarditis, longembolie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
73
Q

Welke 3 vormen van acuut coronair syndroom zijn er?

A

instabiele AP
STEMI
non STEMI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
74
Q

Wat is de oorzaak van instabiele anginapectoris?

A

stenose van een coronairvat >70%
klein stolsel dat niet het hele vat afsluit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
75
Q

Wat zijn risicofactoren voor een myocard infarct?

A

> 60
man
hypertensie
DM
hoog cholestrol
overgewicht
roken
familiair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
76
Q

Welke symptomen bij ACS?

A

pob in rust straalt uit naar linkerarm of kaak
zweten
misselijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
77
Q

Welke diagnostiek voor ACS?

A

ECG
troponine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
78
Q

Wat is de diagnose bij klinische verschijnselen van ACS zonder afwijkend ECG of troponine?

A

instabiele AP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
79
Q

Welke behandeling voor instabiele AP?

A

isosorbidenitraat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
80
Q

Wat is de behandeling van een STEMI?

A

PCI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
81
Q

Welke medicamenteuze behandeling voor een myocardinfarct?

A

antitrombotische medicatie (heparine, clopidogrel en aspirine)
pijnstilling
zuurstof
evt nitraten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
82
Q

Welke medicatie ter preventie van een myocardinfarct?

A

aspirine
clopidogrel
statine
betablocker
ace remmer
(golden 5)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
83
Q

Hoe werkt clopidogrel?

A

P2Y12 receptor inhibitor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
84
Q

Wat is de trias van virchow?

A

risico factoren voor een longembolie;
stase
verhoogde stollingsneiging
beschadiging van de vaatwand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
85
Q

Wat zijn symptomen van een longembolie?

A

kortademigheid
pob
hemoptoe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
86
Q

Wat is kenmerkend van de pijn bij een longembolie?

A

gebonden aan ademhaling door pleuraprikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
87
Q

Wat merk je aan lichamelijk onderzoek bij een longembolie?

A

tachypnoe
tachycardie
verlaagde saturatie
koorts
pleurawrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
88
Q

Welke diagnostiek voor een longembolie?

A

CT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
89
Q

Waarvoor is de wells score?

A

risicoschatting longembolie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
90
Q

Wat zijn de wells criteria?

A

klinische tekenen DVT
meest waarschijnlijke diagnose
HF >100
immobilisatie/ recente chirurgie
eerdere longembolie / DVT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
91
Q

Wat is de Years beslis regel?

A

bij een sterke klinische verdenking wordt een CT gemaakt bij een D-dimeer >0,5 mg/L bij een lage klinische verdenking pas bij >1mg/L

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
92
Q

Wat is de behandeling van een longembolie?

A

IV trombolitica
LMWH
coumarine derivaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
93
Q

Wat is de meest voorkomende verwekker van pericarditis?

A

influenza

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
94
Q

Wat zijn symptomen van pericarditis?

A

kortademigheid
koorts
enkeloedeem
lage bloeddruk
pijn op de borst, uitstralend naar de nek, verergering bij liggen, diep zuchten, vooroverbuigen en soms slikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
95
Q

Wat merk je bij lichamelijk onderzoek van pericarditis?

A

pericardwrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
96
Q

Welke diagnostiek voor pericarditis?

A

vocht in het hartzakje op echo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
97
Q

DD; 76 jarige man toenemende kortademigheid sinds maanden

A

hartfalen
COPD
longcarcinoom
anemie
longfibrose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
98
Q

Wat zijn de parameters voor decompensatio cordis?

A

ejectie fractie
diastolische dysfunctie
vullingsdruk
cardiac output

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
99
Q

Wat zijn oorzaken van decompensatio cordis?

A

primair hartspierprobleem
overbelasting (ritmestoornis, druk/vollume belasting)
instroomprobleem (klepstenose, pericarditis)
toxicitieit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
100
Q

Wat is de 5-jaars overleving van hartfalen?

A

50-60%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
101
Q

Wat zijn risicofactoren voor hartfalen?

A

cardiale problemen
DM
hypertensie
roken
alcoholgebruik
obesitas
hyperlipidemie
COPD

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
102
Q

Welke symptomen bij hartfalen?

A

vermoeidheid
dyspnoe
orthopneu
hartkloppingen
nycturie
nachtelijk hoesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
103
Q

Wat merk je van hartfalen bij LO?

A

tachycardie
crepitaites
oedeem
ascites
verhoogde centraal veneuze druk
pos hepatojugulaire reflux
derde harttoon
verplaaatsen van apex naar lateraal
hartgeruis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
104
Q

Welk onderzoek kan hartfalen bijna uitsluiten?

A

ECG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
105
Q

Welk lab onderzoek voor hartfalen?

A

NT-proBNP
<100 zeer onwaarschijnlijk
>400 zeer waarschijnlijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
106
Q

Wat is NYHA klasse II?

A

klachten van hartfalen bij normale inspanning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
107
Q

Wat is NYHA klasse III?

A

klachten van hartfalen bij geringe inspanning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
108
Q

Wat is NHYA klasse IV?

A

klachten van hartfalen in rust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
109
Q

Welke medicatie voor hartfalen?

A

ACE remmers
betablokkers
diuretica
aldosteronantagonisten
orale anticoagulantia (coumarines)
statines
calciumantagonisten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
110
Q

Wat zijn oorzaken van anemie?

A

ijzertekort
B12 deficientie
foliumzuurdeficientie
bloedverlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
111
Q

Welke symptomen bij anemie?

A

kortademigheid
snelle hartslag
zwakte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
112
Q

Welk lab onderzoek bij een anemie?

A

HB
MCV
ferritine
folimzuur
B12
reticulocyten
LDH

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
113
Q

DD; pos familieanamnese voor plotse hartdood

A

cardiomyopathie
hartritmestoornissen
familiare hypercholestrolemie
myocardinfarct

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
114
Q

Wat zijn klachten van hypertrofische cardiomyopathie?

A

meestal asymptomatisch
dyspnoe d’effort
palpitaties
syncope

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
115
Q

Wat is gedilateerde cardiomyopathie?

A

dilatatie van de hartspier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
116
Q

Wat is het gevolg van gedilateerde cardiomyopathie?

A

vermindering van de systolische linkerventrikelfunctie
soms ritmestoornissen, hartfalen, geleidingsstoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
117
Q

Wat is aritmogene rechterventrikel cardiomyopathie?

A

vervanging van myocardweefsel door vet en fibreus weefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
118
Q

Wat is het gevolg van aritmogene rechterventrikel cardiomyopathie?

A

systolisch hartfalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
119
Q

Wat is restrictieve cardiomyopathie?

A

gestoorde vulling van de ventrikels (door fibrose, hypertrofie of infiltratie van het myocard weefsel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
120
Q

Wat is non compavtie cardiomyopathie?

A

verdikte hartspier met diepe groeven in de spierweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
121
Q

Wat zijn uitingen van non compactieve cardiomyopathie?

A

hartfalen
ritmestoornissen
systemische embolien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
122
Q

Wat is familiaire hypercholestrolemie?

A

mutatie van de LDL receptor waardoor de LDL cholesterol waarde >5 mmol/L is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
123
Q

Welke symptomen bij FH?

A

arcus lipoides (vetring om het oog)
verhoogd risico op hart en vaat ziekten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
124
Q

Wat is de behandeling voor FH?

A

cholesterolremmer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
125
Q

DD; 60 jarige man sinds een paar uur buikpijn en koorts

A

sepsis
perforatie van een peptische ulcus
myocardinfarct
diverticulitis
gastro-enteritis
appendicitis
urineweginfectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
126
Q

Hoe werkt de diagnose van een sepsis?

A

sepsis related organ failure assesment (SOFA)
bloedkweek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
127
Q

naar welke criteria kijkt de sepsis related organ failure assesment (SOFA)?

A

zuurstoffractie in inademingslucht
bloeddruk
trombocyten
glasgow coma scale
bilirubine
creat/oligurie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
128
Q

Hoe werkt de behandeling van sepsis?

A

tijdens wachten op uitslag kweek empirisch ceftriaxon en gentamycine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
129
Q

Welke symptomen bij perforatie van een peptisch ulcus?

A

plotse ernstige pijn in de bovenbuik uitstraling naar de rug
pijn verergerd bij beweging en diep inademen
misselijkheid, bloed braken
koorts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
130
Q

Welke diagnostiek voor perforatie van een ulcus?

A

echo of CT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
131
Q

Wat is de behandeling voor de perforatie van een ulcus?

A

vocht/bloed toedienind
perforatie verhelpen met laparoscopie
antibiotica (cefalosporine) om infectie te voorkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
132
Q

Wat is diverticulitis?

A

een ontsteking van de colonwand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
133
Q

Welke symptomen bij diverticultitis?

A

scherpe pijn linksonder in de buik
misselijkheid
veranderd defacatie patroon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
134
Q

Welke diagnostiek voor diverticulitis?

A

echo (1) of CT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
135
Q

Welke behandeling voor diverticulitis?

A

afwachtend
vloeibaar vezelrijk dieet
evt antibiotica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
136
Q

Welke symptomen bij infectieuze gastro-enteritis?

A

buikpijn
koorts
(brijige) diarree
misselijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
137
Q

Wat zijn de meest voorkomende bacterieele verwekkers van gastro-enteritis?

A

campylobacter
salmonella
shigella
yersinia
E. coli
clostridium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
138
Q

Wat zijn indicaties voor antibiotica bij gastro-enteritis?

A

immuungecompromiteerd
aanhoudende koorts
dysenterie (zware diaree0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
139
Q

Welke antibiotica bij gastro-enteritis?

A

erytromycine en cefalosporine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
140
Q

Wat is kenmerkend voor een virale verwekker van gastro-enteritis?

A

waterige diaree zonder koorts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
141
Q

Wat zijn de meest voorkomende virale verwekkers van gastro-enteritis?

A

norovirus
rotavirus
adenovirus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
142
Q

Welke diagnostiek voor gastro-enteritis?

A

PCR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
143
Q

Welke behandelingv voor gastroenteritis?

A

ORS / intraveneus vocht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
144
Q

Op welke leeftijd komt appendicitis het meest vaak voor?

A

5-24

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
145
Q

Wat zijn symptomen van appendicitis?

A

koorts
buikpijn ter hoogte van de navel naar rechtsonder
misselijkheid
vervoerspijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
146
Q

Wat merk je bij LO van appendicitis?

A

pasief spierverzet
pos psoastest, pijn bij overtrekken rechter been
loslaatpijn op linker fossa iliaca
drukpijn ter hoogte van het punt van mc burney

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
147
Q

Wat is de oorzaak van diabetes ?

A

dysfunctie van de b-cellen van de eilandjes van langerhans in de pancreas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
148
Q

Welke symptomen bij DM?

A

polyurie
gewichtsverlies
polyfagie
glucosurie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
149
Q

Hoe werkt een orale glucose tollerantietest?

A

de patient drinkt een glucose oplossing, het bloedsuiker wordt hiervoor en 2 uur hierna gemeten

150
Q

Wat heb je bij een nuchter bloedsuiker onder de 7 mmol/L icm 7,8-11,0 na 2 uur bij een OGTT?

A

impaired glucose tollerance

151
Q

Wat is het gevolg van een impared glucose tollerance?

A

verhoogd risico op hart en vaat ziekten (macrovasculair)

152
Q

Wat is het net van HbA1c voor de diagnose en vervolging van DM?

A

het geeft aan wat de gemiddelde glucose spiegel in de afgelopen 6-8 weken was

153
Q

Wat is de streefwaarde voor HbA1c?

A

7% / 53 mmol/mol

154
Q

Wat zijn complicaties van DM?

A

retinopathie
nefropathie
polyneuropathie
hart en vaat ziekten
erectie stoornissen

155
Q

Wat is het eerste teken van diabetische nefropathie?

A

toegenomen albumine uitscheiding

156
Q

Welke diagnostiek bij een DM patient?

A

HbA1c
albumine
retinoscopie

157
Q

Welke behandeling voor DM2?

A

1) metformine
2) sylfonylureumderivaat
3) lang werkende insuline

158
Q

Wat is een normale Ph van het bloed?

A

7,35 - 7,45

159
Q

Wat is een normale PaCO2?

A

`75-100 mmHg

160
Q

Wat is een normale PaO2?

A

35-44 mmHg

161
Q

Wat is een normale HCO3?

A

22-26 mmHg

162
Q

Wat is een normale saturatie?

A

95-100%

163
Q

Wat is een normaal base excess?

A

40 mmHg (bij normale Ph)

164
Q

Wat zijn oorzaken van respiratoire acidose?

A

hypo ventilatie
luchtwegobstructie
longziekte
CZS depressie

165
Q

Wat zijn oorzaken van respiratoire alkalose?

A

hyperventilatie
hypoxie
aandoeningen van het CZS
sepsis

166
Q

Wat zijn oorzaken van metabole alkalose?

A

braken
diuretica
hypokalemie
overmatig bicarbonaat

167
Q

Wat zijn oorzaken van metabole acidose?

A

lactaat
ketoacidose (DMII)
nierfalen
intoxicatie

168
Q

Welke behandeling bij acidose?

A

ventilatie ondersteuning

169
Q

Waar wijjst gootsteengeruis op?

A

darmobstructie

170
Q

Waarop duidt leverdemping?

A

maag of darm perforatie

171
Q

Waarbij past gedempte percussie?

A

vergrote lever of milt

172
Q

DD; acute buikpijn?

A

ontsteking
perforatie
colelithiasis
aorta disectie
mesenteriale ischemie
milt/ lever ruptuur
gerefereerde pijn (myocardinfarct, pneumonie, intoxicatie, diabetische ketoacidose)

173
Q

Wat zijn oorzaken van pancreatitis?

A

galstenen
overmatig alcohol gebruik
trauma
infecties
medicatie

174
Q

Welke symptomen bij acute pancreatitis?

A

pijn linksboven in de buik straalt uit naar de rug
misselijkheid
koorts
geelzucht
tachycardie

175
Q

Wat zijn oorzaken van een darm perforatie?

A

tumor
ischemie
trauma
infectie

176
Q

Wat zijn symptomen van een aortadisectie?

A

borst of rugpin die uitstraalt naar schouders, nek, armen of buik
kertademigheid
zweten
flauwvallen

177
Q

Wat is de behandeling van een aortadisectie?

A

bloeddruk verlaging
EVAR
open repair

178
Q

Welke factoren kunnen een aanval van acute intermiterende porfyrie uitlokken?

A

alcoholconsumptie
lichamelijke inspanning
CYP450 inducerende medicatie
vasten

179
Q

DD; 29 jarige vrouw toegenomen mictiefrequentie en pijn bij het plassen

A

urineweg infectie
urosepsis

180
Q

Waarom krijgen vrouwen vaker een UWI?

A

kortere urethra

181
Q

Wat zijn oorzaken van residu vorming?

A

prostaathypertrofie
neurogene blaasfunctiestoornissen
te geringe mictiefrequentie
niet volledig ledigen van de blaas
zwangerschap

182
Q

Wat zijn de meest voorkomende verwekker van UWI?

A

gram negatieve staven
Ecoli (meestal) enterokokken, klebsiella

183
Q

Wat zijn tekenen van weefselinvasie bij een UWI?

A

flankpijn
retentieblaas
peritoneale prikkeling
dehydratie
shock

184
Q

Welke aanvullende diagnostiek bij een UWI?

A

evt dipstick
sediment
gram kleuring
kweek

185
Q

Wat zijn indicaties voor een kweek bij een UWI?

A

gecompliceerde UWI
falen van emirische behandelingen

186
Q

Wat is de behandeling van een ongecompliceerde UWI?

A

meestal expectatief
empirisch nitrofurantoine

187
Q

Wat zijn contraindicaties van nitrofurantoine?

A

nierinsufficientie en G6PD deficientie

188
Q

Welke antibiotica kan je geven voor een UWI in plaats van nitrofurantoine?

A

fosfomycine
trimetroprim

189
Q

Wanneer is een UWI gecompliceerd?

A

zwangerschap of weefselinfiltratie

190
Q

Welke behandeling voor een gecompliceerde UWI?

A

ciprofloxacine
augmentin
cotrimoxazol

191
Q

DD 19 jaar sinds 6 maanden bloederige diaree

A

IBD
colon carcinoom

192
Q

Welke vormen van IBD zijn er?

A

M.crohn
colitis ulcerosa

193
Q

Wat zijn risicofactoren voor IBD?

A

vrouw
genetisch
voeding
roken
NSAID’s

194
Q

Welke symptomen bij IBD?

A

buikpijn
verminderde eetlust
obstipatie
loze aandrang
misselijkheid
gewichtsverlies
anemie
koorts

195
Q

Wat zijn extra-intestinale manifestaties van IBD?

A

artritis
huidaandoeningen
oogontsteking

196
Q

Wat zijn labwaarden bij IBD?

A

anemie
leucocytose
BSE
CRP
calprotectine

197
Q

Wat is kenmerkend van M. crohn?

A

skip lesions
transmurale inflammatie
granulomen
diepe ulceraties
vooral dispale ileum of proximale colon
malabsorbtie

198
Q

Wat is kenmerkend van collitis ulcerosa?

A

het begint in het rectum en verspreid zich

199
Q

Welke behandeling van IBD?

A

chirurgie (curatief bij colitis ulcerosa en paliatief bij crohn)
TNF-a blokkers (infliximab)
immuunmodulators (niet acuut)
corticosteoiden
mesalazine bij collitis ulcerosa

200
Q

Wat zijn bijwerkingen van mesalazine?

A

pancreatitis
nefritis

201
Q

Welke symptomen bij een coloncarcinoom?

A

veranderd defecatie patroon
rectaal bloedverlies
buikpijn
loze aandrang
anemie
gewichtsverlies

202
Q

Welke diagnostiek voor colon carcinoom?

A

colonoscopie met biopt

203
Q

DD; spoedeisende hulp 26 jaar, diaree, geen koorts, vakantie in thailand

A

reizigers diaree

204
Q

Wat is de definitie van diaree?

A

> 200 g feaces per dag
meer dan 3x per dag dunne ontlasting

205
Q

Wat is dysenterie?

A

diarree met koorts of bloedbijmening

206
Q

Welke behandeling voor reizigers diaree?

A

meestal expectatief
azitromycine

207
Q

Wat is giardiasis?

A

een infectie veroorzaakt door giardia lablia (parasiet in tropische gebieden)

208
Q

Wat zijn symptomen van giardiasis?

A

diaree met slijm
misselijkheid
buikkrampen
anemie
malabsorbtie

209
Q

Wat is de behandeling van giardiasis?

A

metronidazol

210
Q

Wat is de meest voorkomende verwekker van reizigersdiarree?

A

E. coli

211
Q

DD; 3 jaar, jeuk bij de anus

A

enterobius vermicularis
contacteczeem
constitutioneel eczeem
asteatotisch eczeem

212
Q

Wat is enterobius vermicularis?

A

aarsmaarden

213
Q

Welke behandeling tegen enterobius vermicularis?

A

mebendazol

214
Q

Wat is contacteczeem?

A

type IV reactie vertraagde T-cel gemedieerde reactie

215
Q

Welke diagnostiek voor contacteczeem?

A

patch test

216
Q

Watvoor uitslag bij contacteczeem?

A

rode jeukende uitslag met schilfers

217
Q

Behandeling contact eczeem?

A

vermijden allergenen
hydraterende creme
corticosteroid zalf

218
Q

Wat is een ander woord voor constitutioneel eczeem?

A

atopisch eczeem

219
Q

Wat is kenmerkend van constitutioneel eczeem?

A

jeuk
ellebogen, knien, hoofdhuid en wangen
bijkomende astma of hooikoorts
droge huid

220
Q

Wat is de behandeling van constitutioneel eczeem?

A

vetzalf
lokale immuunsupressiva

221
Q

Wat is asteatotisch eczeem?

A

eczeem veroorzaakt door droge huid

222
Q

Welke behandeling voor asteatoisch eczeem?

A

vette creme
corticoidzalf voor ontstekingen

223
Q

Wat doe je na een prikaccident?

A

Hepatitis B; bij een voldoende gevacineerde geen actie, anders altijd vaccineren tenzij negatieve bron
Hepatitis C; bij mogelijk pos bron na 1 en 3 maanden HCV-RNA
HIV; bij risico PEP en HIV screeningtest na 4 maanden

224
Q

Wat zijn risicofactoren voor nierstenen?

A

mannen
weinig drinken
te veel dierlijke eiwitten
thee en cola (oxalaat)
zout
infecties
erfelijke aanleg
eerdere niersteen

225
Q

DD 35 jarige man hevige pijn in de flank sinds 2 uur

A

urolithiasis
appendicitis
cholethiasis
UWI

226
Q

Wat zijn de meest voorkomende nierstenen?

A

calciumstenen

227
Q

Wat is de behandeling van nierstenen?

A

vergruizen (meestal niet nodig)

228
Q

Welke symptomen bij appendicitis?

A

Vage, slecht te lokaliseren buikpijn rond de navel
verschuiving naar rechtsonder
vervoerspijn
misselijkheid, lichte koorts

229
Q

Welke klachten bij cholelitiasis?

A

misselijkheid
bewegingsdrang
pijnaanvallen in rechter bovenbuik
uitstraling naar rechter schouderblad
stopverfontlasting
donkere urine
icturus
jeuk

230
Q

Wat zijn de risicofactoren voor cholelitiasis?

A

fat
female
forty
fertile
fair

231
Q

Wat is het teken van murphy?

A

mensen met cholelitiasis hebben vaak drukpijn onder de rechter ribbenboog

232
Q

Wat zijn microvasculaire complicaties van DM2?

A

nefro en retinopathie

233
Q

Wat zijn symptomen van een hypoglycemie?

A

palpitaties
wazig zien
transpireren
trillen
verwardheid

234
Q

Waardoor ontstaat een diabetische voet?

A

neuropathie
ischemie
verminderde bewegelijkheid

235
Q

Welke bevindingen verwacht je bij een sulfonylureumderivaat geinduceerde hypoglycemie?

A

laag insuline, hoog C-peptide

236
Q

Wat voor longziekte is COPD?

A

obstructief

237
Q

Uit welke twee aandoeningen bestaat COPD?

A

chronische bronchitis en emfyseem

238
Q

Wat zijn risicofactoren voor COPD?

A

oud
man
roken

239
Q

Wat zijn de symptomen van COPD?

A

kortademigheid
piepende ademhaling
s’ochtends ergere hoest
gewichtsverlies

240
Q

Welke diagnostiek bij COPD?

A

spirometrie

241
Q

Welke behandeling van COPD?

A

leefstijladviezen
B2 blocker
M3 receptor antagonisten
inhalatie corticosteroid

242
Q

Wat is terbutaline?

A

kortwerkende b2 receptor antagonist (SABA)

243
Q

Wat is salmetrol?

A

een LABA

244
Q

Wat is formoterol?

A

een LABA

245
Q

Wat is ipratropium?

A

een M3 receptor blocker

246
Q

Wat is tiotroprium?

A

een M3 receptor blocker

247
Q

Hoe ontstaat hartfalen bij COPD?

A

rechtsdecompensatie door pulmonale hypertensie

248
Q

Wat zijn typische bevindingen van een spirometrie bij COPD?

A

verlaagd FEV1 en FEV1/FVC ratio

249
Q

Waarvoor is de GOLD classificatie?

A

COPD

250
Q

DD: 56 jarige vrouw op SEH met dyspnoe

A

pneumothorax
pneumonie
longembolie
astma
decompensatio cordis

251
Q

Welke aandoening is een risicofactor voor een longembolie?

A

maligniteit

252
Q

DD; 23 jarige man die bij volleybal door zijn enkel is gegaan

A

enkelband letsel
enkel fractuur
achilespeesruptuur

253
Q

Wat is kenmerkend van een achilespees ruptuur?

A

abrupte of snelle beweging
pijn als stamp op de hiel

254
Q

Welke test voor achilispees ruptuur?

A

thompsontest de patient ligt op zn buik, arts knijpt in de kuit, de test is pos als er geen plantairflexie optreed

255
Q

Welke ligamenten kunnen scheuren bij inversietrauma (van de enkel)?

A

ligamentum talofibulare anterior
ligamentum talofibulare posterior
ligamentum calcaneofibulare

256
Q

Welk ligament kan beschadigd raken bij eversietrauma (van de enkel)?

A

ligamentum deltoideum

257
Q

Welke fractuur kan optreden bij trauma van de enkel?

A

fibula fractuur
maisonneuve fractuur
os naviculare of os metatarsale V

258
Q

Wat is een maisonneuve fractuur?

A

fractuur in de malleoli en de proximale fibula

259
Q

Wat wordt getest bij een voorste schuiflade test van de enkel?

A

ligamentum talofibulaire anterior

260
Q

Wat wordt getest met een inversie stress test?

A

ligamentum calvaneofibulare

261
Q

Waarvoor zijn de ottawa ankle rules?

A

dit bepaald of een X-enkel/ voet geindiceerd is

262
Q

Wanneer is een x-enkel geindiceerd volgens de ottawa ankle rules?

A

pijn 6 cm van het posterieure deel van de malleolus
onbelastbare voet

263
Q

Wanneer is een x-voet geindiceerd volgens de ottawa ankle rules?

A

pijn in middenvoet bij os naviculare of metatarsaal V of onbelastbare voet

264
Q

Wat is een weber A enkelfractuur?

A

fibula infra-syndesmotisch (enkelvork is intact)

265
Q

Wat is een weber B enkelfractuur?

A

fibula trans-syndesmotisch (enkelvork is kapot, operatie nodig, kans op artrose)

266
Q

Wat is een weber C enkelfractuur?

A

fibula supra syndesmotisch (kapotte syndesmose)

267
Q

Wat zijn de zorgvuldigheidseisen voor euthanasie?

A

ondragelijk en uitzichtloos lijden
vrijwillig en weloverwogen verzoek
medisch zorgvuldig uitgevoerd
goede voorlichting
geen redelijk alternatief
onafhankelijke arts (SCEN arts, niet bindend)
melding

268
Q

Waar moet een melding gedaan worden bij euthanasie?

A

gemeentelijk lijkschouwer
regionale toetsingscommisie euthanasie

269
Q

Wie heeft voorang bij code zwart?

A

patienten die minder lang zorg nodig hebben
patienten die beroepsmatig risicovol contact hebben gehad toen er schaarste was aan beschermingsmaterialen
voorang patienten die jonger zijn

270
Q

Hoe is de overerving van lynch?

A

autosomaal dominant

271
Q

Welke genen kunnen lynch veroorzaken?

A

MLH1 MSH2 MSH6 PMS2

272
Q

Op welke soorten kanker geeft lynch een verhoogd risico?

A

darmkanker maagkanker urinewegkanker eierstok kanker

273
Q

Wat is de ‘behandeling van lynch’?

A

gynacologisch onderzoek
2 jaarlijkse colonoscopie

274
Q

dd 25 jarige vrouw met dysurie klachten

A

urineweginfectie
urosepsis

275
Q

Waarvoor zijn de q-SOFA criteria?

A

risico op slechte uitkomst van sepsis

276
Q

Wat zin de q-SOFA criteria?

A

bloeddruk <100
GCS (bewustzijn) <13
ademhaling >22

277
Q

Wat zijn kenmerken van urosepsis?

A

koorts
verminderd urine volume
zwakke pols/ hartkloppingen
overmatig zweten

278
Q

Bij welk soort studies worden forrest plots gebruikt?

A

meta analyses

279
Q

Wat is een crude analyse?

A

analyse van een RCT die niet is gecorigeerd voor verschillen tussen de groepen

280
Q

Wat is publicatie bias?

A

alleen studies met een significant resultaat worden gepubliceerd

281
Q

Waarvoor is een funnelplot?

A

publicatie bias

282
Q

Wat is de jadad schaal?

A

het test de betrouwbaarheid van RCT’s op randomization, dubbele blindering en beschrijving van uitval

283
Q

Wat is een nadeel van de jadad schaal?

A

het kijkt niet naar allocation concealment

284
Q

Waarvoor is de newcastle ottawa scale?

A

cohort studies en case control studies

285
Q

Waarvoor is de verhagen beoordeling?

A

RCTs

286
Q

Waarvoor is de QUADAS-2?

A

kwaliteits beoordeling van diagnostische studies

287
Q

Welke EMV score is een indicatie voor intuberen?

A

<8

288
Q

Waarvoor is een mayo tube?

A

voorkomt obstructie door de tong, overbrugging tot intubatie

289
Q

Wat is een standaard ALS interventie in de B?

A

15L 100% zuurstof met een non-rebreathing masker

290
Q

Wat is de E van de EMV?

A

1 opent ogen niet
2 opent ogen bij pijnprikkel
3 opent ogen op aanspreken
4 opent ogen spontaan

291
Q

Wat is de M van de EMV?

A

1 geen reactie op pijnprikkel
2 extensie op pijnprikkel
3 abnormaal buigen op pijnprikkel
4 normale flexie op pijnprikkel
5 lokaliseert een pijnprikkel
6 voert eenvoudige opdrachten uit

292
Q

Wat is de V van de EMV?

A

1 geen verbale uitingen
2 kreunt alleen
3 spreekt, geen conversatie mogelijk
4 conversatie mogelijk, verward
5 georienteerd in tijd, plaats en persoon

293
Q

uit welke gewrichten bestaat de schouder?

A

articulatio glenohumeralis
articulatio acromioclavicularis
articulatio sternoclavicularis
articulatio scapulothoracalis

294
Q

Waaruit bestaat de rotator cuff?

A

musculus supraspinatus
musculus infraspinatus
musculus teres minor
musculus subscapularis

295
Q

Wat is een SLAP-leasie?

A

de lange biceps pees komt los van het labrum glenoidale

296
Q

Wat zijn de arterien van de arm van proximaal naar distaal?

A

arteria subclavia
arteria axillaris
arteria brachialis
arteria radialis
arteria ulnaris

297
Q

Wat zijn de eindzenuwen van de plexus brachialis?

A

nervus musculocutaneus
nervus axillaris
nervus radialis
nervus ulnaris
nervus medianus

298
Q

Welke spieren gaan van romp naar arm?

A

musculus latissimus dorsi
musculus pectoralis major

299
Q

Waarvoor zijn de spieren die van romp naar arm gaan?

A

beweging

300
Q

Waarvoor zijn de spieren die van romp naar schouder gaan?

A

beweging en stabiliteit

301
Q

Waarvoor zijn de spieren die van schouder naar arm gaan?

A

stabiliteit

302
Q

Welke spieren gaan van romp naar schouder?

A

musculus trapezius
musculus serratus anterior
musculus levator scapulae
musculus pectoralis minor
musculus rhomboideus

303
Q

Welke spieren gaan van schouder naar arm?

A

de rotator cuff spieren

304
Q

DD; uroloog, patient met pijn in de linkerflank

A

urolithiasis
cholelitiasis
pyelonefritis
diverticulitis
inflamatoire darmziekten
gynaecologische oorzaak

305
Q

Wat zijn symptomen van diverticulitis?

A

scherpe pijn in de linker onderbuik
wisselende defecatie
misselijkheid
koorts

306
Q

Wat zie je op de echo aan de nieren?

A

stenen, dilatatie

307
Q

DD; 16 jarige jongen met klachten aan zijn rechter oog

A

uveitis
conjunctivitis
keratitis
cellulitis orbitae
endophtalmitis

308
Q

Wat is de meest voorkomende uveitis?

A

anterieure uveitis

309
Q

Welke klachten bij anterieure uveitis?

A

pijn, fotofobie, verminderde visus

310
Q

Welke symptomen bij posterieure uveitis?

A

visusdaling, vertroebeling van het glasvocht, pijnloos

311
Q

Welke bacterien kunnen een uveitis veroorzaken?

A

treponema, borrelia

312
Q

Welke virussen kunnen een uveitis veroorzaken?

A

HSV, VZV, CMV

313
Q

Welke parasiet kan uveitis veroorzaken?

A

toxoplasma

314
Q

Welke fungi kunnen uveitis veroorzaken?

A

candida
aspergilius

315
Q

Welke diagnostiek voor uveitis?

A

PCR van kamerwater

316
Q

Welke behandeling voor uveitis?

A

steroiden oogdruppels

317
Q

Bij welke aandoening komt uveitis vaak voor?

A

spondylarthropathien
bechterew (HLA-B27)

318
Q

Welke symptomen bij een bacteriele conjunctivitis?

A

roodheid, irritatie, oedeem en pussige secretie

319
Q

Wat is meestal de oorzaak van conjuctivitis?

A

s aureus
s pneumonia
haemophilus influenzae

320
Q

Wat zijn symptomen van een virale conjunctivitis?

A

roodheid
waterige/bloederige secretie

321
Q

Welke virale verwekkers van conjunctivitis?

A

enterovirus
adenovirus

322
Q

Wat zijn symptomen van keratitis?

A

pijn
fotofobie
vertroebeling van de cornea
roodheid

323
Q

Welke virale verwekkers van keratitis?

A

herpes

324
Q

Welke bacteriele verwekkers van keratitis?

A

staphylokokken
streptokokken
pseudomonas spp (contactlens gerelateerd)

325
Q

Wat zijn symptomen van een preseptale cellulitis orbitae?

A

gezwollen oogleden

326
Q

Welke behandeling bij preseptale cellulitis orbitae?

A

antibiotica en warme compressen

327
Q

Wat zijn symptomen van een postseptale cellulitis orbitae?

A

roodheid
vissusdaling
bewegingsbeperking

328
Q

Wat is de behandeling van postseptale cellulitis orbitae?

A

chirurgische drainage
antibiotica

329
Q

Wat is de oorzaak van endopthalmitis?

A

trauma of operatie

330
Q

Welke verwekkers van endophtahalmitis?

A

coagulase negatieve staven
streptococcus aureus
psudomonas aeruginosa

331
Q

Wat zijn symptomen van endopthalmtitis?

A

rood pijnlijk oog met visusdaling
ontstekingscellen in voorste oogkamer (hypopyon)

332
Q

Wat is meestal de verwekker van een late onset postoperative opthalmitis?

A

propionibacterium acnes

333
Q

Wat zijn verwekkers van een endogene opthalmitis?

A

neisseria meningitidis
streptococcus aureus
candida albicans

334
Q

Wat zijn de meest voorkomende metastases van borstkanker?

A

long
lever
bot

335
Q

Welke diagnostiek voor metastasen?

A

PET-CT

336
Q

Wat is de behandeling voor afstands metastasen?

A

paliatieve zorg

337
Q

Wat is de gemiddelde overleving van gemetastaseerd mammacarcinoom?

A

2,5-3 jaar

338
Q

Welke therapie voor borstkanker bij receptor positiviteit?

A

anti HER2 (tijdens chemo)
hormoontherapie (voor chemo)

339
Q

Wat zijn risicofactoren voor een osteoporotische fractuur?

A

oudere vrouw
pos familie anamnese
laag gewicht
corticosteroiden gebruik
inmobiliteit

340
Q

Welk aanvullend onderzoek voor osteoporose?

A

dexa scan
lab (calcium, vit d, fosfaat)
valrisico

341
Q

Wat is spondylolisthesis?

A

afschuiven van een wervel meestal naar dorsaal

342
Q

DD; 28 jarige man met spuitlittekens, niet aanspreekbaar

A

drugoverdosis
(alcohol) intoxicatie
hypoglycemie

343
Q

Welke groepen drugoverdossisen zijn er?

A

opioiden
stimulerende middelen

344
Q

Welke opioiden zijn er?

A

heroine, fentanyl en benzodiazepinen (-pam)

345
Q

Welke stimulerende middelen zijn er?

A

cocaine
methamfetamine

346
Q

Wat is de behandeling van intoxicatie met stimulerende middelen?

A

sedatie
benzodiazepinen

347
Q

Wat is de behandeling van opioiden intoxicatie?

A

naloxon
flumazenil (bij opioiden)

348
Q

Wat zijn symptomen van opioid intoxicatie?

A

bewustzijnsverlies
ademhalingsdepressies
miosis (vernauwde pupil)
hypotensie
brachycardie
cyanose

349
Q

Wat zijn symptomen van een intoxicatie met stimulerende middelen?

A

agitatie
tachycardie
hypertensie
hypertermie
tremoren
hallucinaties

350
Q

Wat is de behandeling van een alcoholintoxicatie?

A

vocht en zuurstof
let op hypoglycemie

351
Q

Wanneer niet drinken bij intoxicaties?

A

NIET-bijtende stoffen

352
Q

patient met koolmonoxide verrgiftiging beademen?

A

ja

353
Q

hoelang spoelen bij transdermale intoxicatie?

A

45 min

354
Q

Wat is de innate afweer tegen pneumonie?

A

hoest reflex
mecociliare klaring
antimicrobiele eigenschappen van het mucus

355
Q

Wat zijn atypische verwekkers van een pneumonie?

A

mycoplasma pneumoniae (jonge patienten)
legionella (saunas en hotels, urine sneltest)
chlamydia
coxiella burnetti (q-koorts)

356
Q

Waarvoor is de CURB-65 score?

A

indicatie of een pneumonie patient thuis kan worden behandeld

357
Q

Wat zijn de criteria van CURB-65?

A

confusion
ureum >7 mmol/L
respiratory rate >38/min
bloodpressure <90 systolisch / <60 diastolisch
>65
(meer dan 1 item is niet thuis)

358
Q

Wat is de behandeling van een pneumonie?

A

curb-65 0-1 amoxicilline > doxycycline
3-5 cefalosporine

359
Q

Welke typische verwekkers van een pneumonie?

A

streptococcus pneumonia
haemophilus influenzae (groen sputum)
S aureus (voorafgegaan door influenza)

360
Q

DD; 54 jarige vrouw, koorts en benauwdheid sinds 1 dag, 5 jaar geleden niertransplantatie?

A

community acquired infection, kanker, late intracellulaire infecties

361
Q

Wat zijn kenmerken van CMV?

A

koorts
spierpijn
gewrichtspijn
beenmergsupressie
infecties

362
Q

Welke behandeling van CMV?

A

valgangciclovir

363
Q

Wie krijgt PJP?

A

HIV patienten met CD <200

364
Q

Wat zijn kenmerken van PJP?

A

droge hoest
progressieve kortademigheid
niet zieke patient
lage saturatie
vlindervormige infiltraten op X-thorax

365
Q

Welke behandeling van PJP?

A

cotrimoxazol
evt prednison

366
Q

Welke HLA moleculen bij coeliacie?

A

HLA-DQ2 en HLA-DQ8

367
Q

Waar zijn mensen met coeliakie overgevoelig voor?

A

gluten

368
Q

Wat zijn risicofactoren voor coeliakie?

A

vrouwen
genetisch
DM1
down

369
Q

Wat voor klachten van coeliakie bij volwassenen?

A

anemie
gedragstoornisssen
infertiliteit
osteoporose

370
Q

Wat voor klachten van coeliakie bij kinderen?

A

vettige diaree
bollebuik
gewichtsverlies
groeiachterstand
buikpijn
weinig eetlust

371
Q

Welke diagnostiek voor coeliakie?

A

anti tTG
HLA typering
biopt
endoscopie

372
Q
A