B73 t/m B76 Flashcards

1
Q

Hoe heten wetenschappers die aardbevingen bestuderen?

A

Wetenschappers die aardbevingen bestuderen, heten

‘seismologen’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat meten seismologen en waarmee doen ze dat?

A

Zij meten ‘de trillingen van de aardkorst’ met een

‘seismograaf’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Op welke schaal worden aardbevingen gemeten?

A

We meten aardbevingen met de schaal van Richter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vanaf welke sterkte op de schaal van richter beginnen mensen iets te merken van een aardbeving?

A

Pas bij kracht 3 beginnen mensen in het gebied ook iets te voelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe vaak komen er in Nederland aardbevingen voor?

A

In Nederland komen nauwelijks aardbevingen voor. Nu en dan lichte aardbevingen door gaswinning in Groningen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe heet een aardbeving op de bodem van de zee?

A

Een aardbeving op de bodem van de zee heet een ‘zeebeving’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat kan een gevolg zijn van een zeebeving?

A

Hierdoor kunne tsunami’s ontstaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bij welke kracht op de schaal van Richter kunnen tsunami’s ontstaan?

A

De meeste tsunami’s ontstaan bij bevingen met een kracht

van minstens 8.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe gedraagt een tsunami zich richting de kust?

A

Naar de kust toe wordt de snelheid minder, maar de golf steeds hoger.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe ontstaan aardbevingen.

A
  • Doordat de platen die drijven op magma bewegen.
  • Door die beweging verschuiven ook de platen.
  • Langs de plaatranden is de aardkorst dan ook voortdurend in beweging.
  • Dat levert enorme aardschokken op: een aardbeving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe heet het diepste punt van een aardbeving?

A

iepste punt van een aardbeving heet: hypocentrum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe heet het punt aan het aardoppervlak boven het hypocentrum?

A

het epicentrum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waardoor ontstaan de meeste aardbevingen?

A
De meeste (en zwaarste) aardbevingen komen voor als twee platen convergeren en onder
elkaar duiken.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het epicentrum?

A

het punt aan het aardoppervlak boven het hypocentrum (diepste punt van de aardbeving)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het hypocentrum?

A

Het diepste punt van een aardbeving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly