B3- Oren en gehoor Flashcards

1
Q

malleus

A

hamer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

incus

A

aanbeeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Stapes

A

stijgbeugel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

m. tensor tympani

A

zorgt ervoor dat de beentje niet blijven trillen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

m. stapedus

A

kan gehoorschade vorkomen met een reflex. Antagonist van de m. tensor tympanie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

otitis media

A

middenoorsontsteking doo ophoping van dik gelig vocht.
leidt tot conductief gehoorverlies.
geen pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Cholesteatoom

A

en cholesteatoom begint met een beperkte intrekking van het trommelvlies naar binnen toe (retractie). Zodra die intrekking te diep wordt, verliest de huid haar zelfreinigend vermogen en beginnen zich dode huidresten op te stapelen aan de binnenzijde van het trommelvlies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Otitis externa

A
ontstekig van de gehoorganhuid
roodheid
zwelling 
jeuk
pijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Otitis Media acuta

A

Erg pijnlijk
koortsend
loopoor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Tubadisfunctie

A

druk op het oor
onvoldoende klaring van de buis van eustagius waardoor er te weiig lucht in het middenoor kan komen en het trommelvlies iets naar binnen wordt getrokken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Brughoektumor

A

goedaardige zwelling op de gehoorzenuw

kan druk op het oor geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Conductief gehoorsverlies

A

probleem in de geleiding van het geluid naar de cochlea

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Perceptief

A

probleem met de cochlea of gehoorzenuw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

presbyacusis

A

normale veroudering van het oor. hoge tonen worden het eerst aangedaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

weber en rinne proef bij conductief gehoorsverlies

A

Weber naar aangedane oor en rinne negatief in aangedane oor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Weber en rinne proef bij perspectief gehoorsverlies

A

Weber naar beste oor en rinne positief in zowel aangedane als niet-aangedane oor.

17
Q

Benigne paroxymale positie duizeligheid (BPPD)

A

duizeligheid (vertigo) (seconden tot minuten) wordt veroozaakt door hoofdbewegingen.

18
Q

Neuritis vestibulairis

A

misselijkheid, braken en vertigo

19
Q

Labyrintitis

A

Misselijkheid braken vertigo en tinnitus/gehooorsverlies.

20
Q

Morbus menière

A

vertigo tot enkele uren
tinnitus
gehoorsverlies: vooral lage tonen