AK Arm en Rijk hoofdstuk 1 Flashcards
coherent beleid
Beleid op een bepaald terein, dat neit word tegengewerkt door beleid op andere terreinen, het tegenovergestelde is een incoherent beleid
Comparatief voordeel
het financiele voordel dat een land heeft wanneer het een product goedkoper kan produceren dan een ander land
complementariteit
Het ene gebied heeft iets wat een ander gebied niet, de gebieden vullen elkaar dus aan (theorie van Ullman)
droogtelandbouw
Akkerbouwtechniek die de teelt van gewassen in droge gebieden mogelijk maakt
droogteresistent gewas
landbouwgewas dat tegen hele droge omstandigheden kan
dumping
het op de markt brengen van goederen lager dan de kostprijs
exportlandbouw
landbouwactiviteiten die gericht zijn op de uitvoer/export
FAO
Food Agericulture Organisation, de voedsel en landbouw organisatie van de VN die als doel heeft om honger te bestrijden
Geglobaliseerde landbouw
commerciële landbouw die gericht is op en sterk word beïnvloed door de wereld en de wereldmarkt
Genetisch gemanipuleerd voedsel
voedsel van gewassen waarvan erfelijke eigenschap doelgericht zijn aangepast
globalisering
internationale uitwisseling van mensen, goederen, geld en informatie
good governance
goed bestuur dat als uitgangspunten heeft: openheid, verantwoording, rechtvaardigheid, bevolkingsparticipatie en overeenstemming
Groene revolutie
De invoering van verbeterde en sneller groeiende soorten in delandbouw, vaak in combinatie met kunstmest en bestrijdingsmiddelen
Grondbezitverhouding
de manier waarop het bezit van landbouwgrond verdeeld is over de bevolooing
Grootfamilie
leefeenheid met een of meerdere kerngezinnen op basis van familie relaties
handelsgewas
gewas dat verbouwd wordt met eenwinstoogmerk en dat wordt verhandeld en tot producten verwerkt
Handelspolitiek
Overheidsbeleid op het gebied van de handel, zoals ene keuze voor vrijhandel of juist protectionisme