ak 3.1 begrippen Flashcards
1
Q
kenmerken van een stad
A
veel bebouwing
dicht op elkaar
hoogbouw
hoge bevolkingsdichtheid
veel voorziening
2
Q
kenmerken platteland
A
weinig bebouwing
veel open ruimte
adressendichtheid
3
Q
agglomeratie
A
een stad tegen een andere plaats in de buurt aangroeit
4
Q
stadsgewest
A
stad of agglomeratie met eromheen kleine plaatsen die samen een functioneel geheel vormen
5
Q
stedelijk gebied
A
stadsgewest is meestal aan elkaar gegroeid tot een stedelijk gebied
6
Q
krimpgebieden
A
- noord Groningen
- oost Groningen
- zeeuws Vlaanderen
- zuid Limburg
7
Q
vergrijzing
A
vertrek van jongeren
8
Q
A