afkortingen voedingsaanbevelingen Flashcards

1
Q

ADH

A

Aanbevolen dagelijkse Hoeveelheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

AI

A

Adequate inname, De adequate inname (AI) is de laagst bekende hoeveelheid van een voedings­stof die voor vrijwel alle personen in een bepaalde bevolkingsgroep voldoende is. Een bevolkingsgroep is bijvoorbeeld mannen, vrouwen of kinderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

BMI

A

Body Mass Index of Quetelet index, De queteletindex (afgekort QI) of body-mass index (BMI) is een index die de verhouding tussen lengte en gewicht bij een persoon weergeeft. De BMI wordt veel gebruikt om een indicatie te krijgen of er sprake is van overgewicht of ondergewicht bij volwassen personen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

BMR

A

Basal Metabolic Rate - basaalmetabolisme.
Basaal metabolisme is de stofwisseling die nodig is om de minimale hoeveelheid energie te leveren die noodzakelijk is voor primaire levensprocessen van een organisme. Onder deze levensprocessen vallen onder andere ademen, hartslag, en alle processen die op cel en weefselniveau doorgaan tijdens rust.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

FAVV

A

Federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

HGR

A

Hoge Gezondheidsraad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

HDL

A

High-density-lipoproteïne (HDL) Hogedichtheidlipoproteëne is een van de lipoproteïnen die vettransport mogelijk maken in de waterige omgeving van de bloedsomloop. Bij gezonde personen is ongeveer 30% van het totale bloedcholesterol gebonden aan HDL.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

LDL

A

Low-density-lipoproteïne (LDL) Lagedichtheidlipoproteïne of LDL zijn deeltjes in het bloed die zorgen voor het transport van cholesterol van de lever naar de weefsels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

EFSA

A

European Food Safety Authority

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

EPA

A

Eicosapentaenoic acid - Eicosapentaeenzuur. is een meervoudig onverzadigd omega 3-vetzuur. Eicosapentaeenzuur is een belangrijk bestanddeel van vette - visproducten. Voorbeelden zijn zalm, makreel, haring en sardines.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

FAO

A

Food and Agriculture Organization.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

FOD

A

Federale overheidsdienst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

GI

A

Glycemische index.
De glycemische index (GI) is een maat om aan te geven hoe snel koolhydraten in de darm worden verteerd en als glucose in het bloed worden opgenomen. Producten met een hoge GI zijn bijvoorbeeld gebakken aardappelen, brood, cornflakes en popcorn. Pasta, peulvruchten en fruit vallen onder producten met een lage GI.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

KB

A

Koninklijk besluit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

MET

A

Metabolic Equivalent Units.
De MET-waarde ofwel het metabool equivalent is een meeteenheid binnen de fysiologie voor de hoeveelheid energie die een bepaalde fysieke inspanning kost ten opzichte van de hoeveelheid benodigde energie in rust. Eén MET komt overeen met de ruststofwisseling (ook ‘basaalstofwisseling’), de hoeveelheid energie die verbruikt wordt tijdens stilzitten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

MTI

A

Maximale Toelaatbare Inname - Tolerable Upper Intake Level (UL) .

17
Q

MUFA

A

Mono Unsaturated Fatty Acids - Enkelvoudig onverzadigde vetzuren (EOV)

18
Q

NOAEL

A

No observed adverse effect level.

De hoogste concentratie van een (toxische) stof waarbij er geen effect waarneembaar is.

19
Q

PAL

A

Physical Activity Level.
De intensiteit van de lichamelijke activiteit wordt uitgedrukt door de Physical Activity Level (PAL). De PAL is een gemiddelde waarde die de energiekost omvat van alle mogelijke activiteiten over een periode van 24 uur..

20
Q

PUFA

A

Poly Unsaturated Fatty Acids - Polyonverzadigde vetzuren (POVZ).

21
Q

REE

A

Resting Energy Expenditure - rustmetabolisme.

22
Q

SFA

A

Saturated Fatty Acids – Verzadigde vetzuren.

23
Q

TEE

A

Total Energy Expenditure – Totale energieverbruik.

24
Q

UL

A

Tolerable upper intake level - Maximale Toelaatbare Inname (MTI) .

25
Q

VGVV

A

Voeding en Gezondheid, Voedselveiligheid inbegrepen.

26
Q

WGO

A

Wereldgezondheidsorganisatie – World Health Organization (WHO) .

27
Q

Br
C
Ca

A

Broom
Koolstof
Calcium

28
Q

Cl
Cr
Cu

A

Chloor
Chroom
Koper

29
Q

Fe
K
Mo

A

IJzer
Kalium
Molybdeen

30
Q

N
Na
NaCl

A

Stikstof
Natrium
Natriumchloride (zout)

31
Q

O
P
Pb

A

Zuurstof
Fosfor
Lood

32
Q

Zn

A

Zink