academic voc sem2 Test1 Flashcards
1
Q
toegang
A
access
2
Q
analyseren
A
to analyse
3
Q
een aspect
A
an aspect
4
Q
monteren
A
to assemble
5
Q
bevestigen
A
to attach
6
Q
bereiken
A
to attain
7
Q
een houding
A
an attitude
8
Q
toekennen/toeschrijven
A
to attribute
9
Q
bewust
A
aware
10
Q
leiden/ kanaliseren
A
to channel
11
Q
zich inzetten/ plegen
A
to commit
12
Q
een gemeenschap
A
a community
13
Q
uitvoeren
A
to conduct
14
Q
een gevolg
A
a consequence
15
Q
coördinatie
A
coordination
16
Q
zeker
A
definitely
17
Q
een definitie
A
a definition
18
Q
een dimensie
A
a dimension
19
Q
dominant
A
dominant
20
Q
economisch
A
economic
21
Q
apparatuur
A
equipment
22
Q
uiteindelijk
A
eventually
23
Q
uitbreiden
A
to expand
24
Q
uiteindelijk/ definitief
A
final
25
financiële
financial
26
genereren
to generate
27
een doel
a goal
28
een instructie
an instruction
29
integriteit/ oprechtheid
integrity
30
intensiteit
intensity
31
een investering
an investment
32
een dagboek
a journal
33
negatief
negative
34
neutraal
neutral
35
kans(en)
odds
36
stress
stress
37
nauwkeurig/ juist
accurate
38
verwerven
to acquire
39
een hulp
an aid
40
een gebied
an area
41
stoppen
to cease
42
chemische
chemical
43
een omstandigheid
a circumstance
44
burgerlijke
civil
45
instorten
to collapse
46
beginnen
to commence
47
communicatie
communication
48
een onderdeel
a component
49
een conflict
a conflict
50
onderscheid
distinction
51
een ontwerp
a draft
52
verwijderen/ uitschakelen
to eliminate
53
een blootstelling
an exposure
54
een factor
a factor
55
een formatie/ een opstelling
a formation