aarde Flashcards
1
Q
verschillen in welvaart meten
A
- bbp/capita
- verdeling van de beroepsbevolking
2
Q
verklaring voor bevolkingspreiding
A
- verschillende natuurlijke mogelijkheden
- de ligging
- koloniale verleden
3
Q
verandering in bevolkingsopvang
A
- meer geboorte dan sterfte (natuurlijke bevolkingsgroei )
- migratie
4
Q
oorzaken hoog verstedelijkingstempo in arme landen
A
- trek van platteland naar de stad
- jonge stadsbevolking heeft een hogere vruchtbaarheid en levensverwachting
- groei van grote steden
5
Q
belangrijke veranderingen in transporttechnologie
A
- sneller en goedkoper transport
- infrastructuur rondom transport is beter
- grenzen tussen landen zijn veel openen geworden
6
Q
interactietheorie
A
- complementariteit tussen gebieden
- transporteerbaarheid
- afwezigheid van tussenliggende mogelijkheden
7
Q
factoren die richting en intensiteit van communicatie tussen gebieden beïnvloeden
A
- economisch
- sociaal-geografisch (afstandsverval)
- cultureel
8
Q
gevolgen van productie in lage lonen landen
A
- gebieden raken economisch steeds meer met elkaar verbonden
- beslissingen van mno’s treffen ook verdere gebieden
- wereldhandel is snellers gegroeid dan de productie
- nieuwe internationale arbeidsdeling
- economische globalisering
9
Q
kenmerken huidige fase globalisering
A
- internationale oriëntatie van financiële markten
- verdere internationalisering van mno’s
- hoge vlucht van informatie- en communicatie technologie
- snelle opkomst aantal economieën in de semiperiferie
10
Q
ruimtelijke gevolgen globalisering
A
- uitschuiven
- doorschuiven
- fragmentarische modernisering
11
Q
gevolgen global shift
A
- economische wereldorde veranderd
- politieke machtscentrum verschuift naar Zuid en Oost-Azië
- europa schuift naar de rand van de kaart
12
Q
oorzaken dat sub sahara weinig profiteert
A
- positie van de wereldeconomie
- zwak bestuur
- liberalisering