A1 to B1 [2] Flashcards
(het) gevoel
feeling
(de) emotie
emotion
(de) stemming
mood
(de) persoonlijkheid
personality
(de) identiteit
identity
(het) zelfbeeld
self-image
(het) zelfvertrouwen
self-confidence
(de) zelfwaardering
self-esteem
(de) zelfactualisatie
self-actualization
(de) motivatie
motivation
(de) drijfveer
drive
(de) ambitie
ambition
(het) doel
goal
(de) droom
dream
(de) visie
vision
(de) missie
mission
(de) purpose
purpose
(de) waarde
value
(het) principe
principle
(de) overtuiging
belief
(het) wereldbeeld
worldview
(de) levensbeschouwing
life philosophy
(de) ethiek
ethics
(de) moraal
morality
(het) geweten
conscience
(de) verantwoordelijkheid
responsibility
(de) plicht
duty
(het) recht
right
(de) vrijheid
freedom
(de) gelijkheid
equality
(de) rechtvaardigheid
justice
(de) solidariteit
solidarity
(het) mededogen
compassion
(de) empathie
empathy
(het) altruïsme
altruism
(het) egoïsme
egoism
(het) individualisme
individualism
(het) collectivisme
collectivism
(de) samenleving
society
(de) gemeenschap
community
(de) cultuur
culture
(de) traditie
tradition
(de) gewoonte
habit
(het) ritueel
ritual
(de) ceremonie
ceremony
(de) viering
celebration
(het) feest
party
(de) gebeurtenis
event
(de) ervaring
experience
(de) herinnering
memory
(de) nostalgie
nostalgia
(de) geschiedenis
history
(het) erfgoed
heritage