5 belgie onafhankelijk Flashcards

1
Q

De slag bij Waterloo liep slecht af
voor Napoleon…
De overwinnaars:

A

Groot-Brittannië, Pruisen,
Oostenrijk, Rusland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Het Congres van Wenen…
Wat ligt er op tafel?

A

Een kaart van Europa.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom staat europa op de tafel?

A

Om de grenzen na de doortocht van
Napoleon te hertekenen in de hoop
een stabiel Europa op te bouwen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Het Congres van Wenen had drie doelen:

A

1 Restauratie: veroveringen van napoleon ongedaan maken
2 legitimiteit: oude koningen weer op troon
3 solidariteit: Wederzijdse bescherming tegen de verspreiding van nieuwe
revoluties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Voor welke grootmachten was er gebiedsuitbreiding?

A

Rusland, Oostenrijk en Pruisen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Onze gewesten?

A

Samengevoegd tot het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom werd Frankrijk omringd door zoveel koninkrijken?

A

De koninkrijken fungeerden als buffer tegen het machtige
Frankrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Een geforceerd huwelijk:

A

Katholiek (Z) - Protestants (N)
Franstalig (Z) - Nederlandstalig (N)
Industrie (Z) - Handel (

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Bestuur en machtsverdeling…
Twee paleizen:

A

brussel en den haag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Bestuur en machtsverdeling…
Besluit:

A

Het Zuiden had een groter
bevolkingsaantal dan het Noorden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom was het Zuiden misnoegd?

A

Het Zuiden vond dat het recht had op
meer parlementszetels omdat het meer
burgers vertegenwoordigt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Een groeiende ontevredenheid

A

= godsdienstvrijheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wie niet akkoord? Waarom?

A

De katholieken, doordat de protestanten evenveel rechten krijgen,
waren ze bang om invloed te verliezen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Een groeiende ontevredenheid…

A

onderwijs onder overheidstoezicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wie niet akkoord? Waarom?

A

De katholieken, want zij organiseerden sinds lang het onderwijs en
vreesden aan invloed te verliezen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Een groeiende ontevredenheid…

A

beperking van de persvrijheid

17
Q

Wie niet akkoord? Waarom?

A

De liberalen, zij zien vrijheid van meningsuiting als één van de
fundamenten van een moderne, liberale staat.

18
Q

Een groeiende ontevredenheid…

A

streektaal is de bestuurstaal

19
Q

Wie niet akkoord? Waarom?

A

De Franstalige elite, zij hebben in het Zuiden (meestal) het
plaatselijk bestuur in handen en wilden dit in het Frans blijven doen.

20
Q

De rijke industriëlen waren vanaf de jaren 1820 wél tevreden…

A

➢Aanleg van kanalen moest het binnenlands transport efficiënter
maken.

21
Q

De rijke industriëlen waren vanaf de jaren 1820 wél tevreden…

A

➢Oprichting van een investeringsbank om industrie te
ondersteunen.

22
Q

De rijke industriëlen waren vanaf de jaren 1820 wél tevreden…

A

➢Stimuleren van de ontwikkeling en implementatie van
stoommachines.

23
Q

5.2 Het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
De rijke industriëlen waren vanaf de jaren 1820 wél tevreden…

A

➢Oprichting van een nieuwe handelsmaatschappij leidde tot een
toename in de uitvoer van afgewerkt textiel naar overzeese kolonies

24
Q

‘Een onherstelbare ontwrichting’?

A

➢Steeds meer kritiek op het beleid van
Willem I, zowel van liberalen als
katholieken.
➢Willem I reageerde met censuur en
repressie.

25
‘Een onherstelbare ontwrichting’? Om de krachten te bundelen sloten liberalen en katholieken een monsterverbond:
Een overeenkomst waarin partijen die normaal elkaars tegenstrever zijn hun tegenstellingen opzij leggen en een verbond sluiten tegen een andere, machtiger partij.
26
De revolutionaire gevoelens waren aanwezig in heel Europa:
➢Omstreeks 1820 vooral in Zuid-Europa ➢Vanaf 1830 ook in het centrum van Europa
27
5.3 Het ontstaan van België Aanleiding van de Belgische Revolutie:
➢Ontevredenheid tegenover beleid Willem I nam toe ➢Mislukte oogst in het jaar 1830 leidde tot hongersnood
28
Aanleiding van de Belgische Revolutie: De opera ‘De Stomme van Portici’ was de ’vonk’ die het vuur van de revolutie ontstak. "Amour sacré de la patrie, Rends-nous l’audace et la fierté A mon pays je dois la vie. Il me devra sa liberté”
➢ Liefde voor het ‘vaderland’ ➢ vrijheid
29
5.3 Het ontstaan van België Meerdere toekomstmogelijkheden…
) Willem I doet toegevingen en het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden blijft bestaan… Heel onwaarschijnlijk, de afkeer tegen Willem I was te groot
30
5.3 Het ontstaan van België 2DE Meerdere toekomstmogelijkheden…
2) Willem II van Oranje, zoon van Willem I, als bestuurder van de Zuidelijke Nederlanden?
31
DRIE 3)Het ontstaan van België Meerdere toekomstmogelijkheden…
Een aanhechting bij Frankrijk?
32
5.3 Het ontstaan van België Meerdere toekomstmogelijkheden…
België onafhankelijk?
33
Wetgevende macht → Uitvoerende macht → Rechterlijke macht →
Parlement en koning Regering en koning Rechtbanken en -hoven
34
De grondwet als reactie op het beleid van Willem I:
➢Vrijheid van drukpers (art. 18) ➢Vrijheid van onderwijs (art. 17) ➢Het gebruik der in België gesproken talen is vrij (art. 23)
35
De grondwet haalde inspiratie uit de Verlichting:
➢Geen onderscheid van standen, iedereen gelijk voor de wet (art. 6) ➢De vrijheid van persoon is gewaarborgd (art. 7) ➢Geen besluit van de koning is van kracht, tenzij het medeondertekend is door een minister (art. 64)
36
De creatie van een parlementaire, constitutionele monarchie: De grondwet was nog niet zo democratisch…
Art. 47 Hoe meer cijns (= belastingen) je betaalde, hoe zwaarder je stem doorwoog, waardoor de politieke macht in handen was van de Belgische elite.
37
eedaflegging van Leopold I als eerste ‘koning der Belgen’
21 juli 1831