4.2 Flashcards
1
Q
Wereldbank
A
Kunnen arme landen geld lenen
2
Q
Noodhulp
A
Hulp aan een arm land na een ramp
3
Q
Structurele hulp
A
Hulp aan ontwikkelingslanden
4
Q
Wereldhandelsorganisatie
A
Controleert of de handel eerlijk verloopt
5
Q
Invoerrechten
A
Belasting die aan de grens moet worden betaalt
6
Q
Liberalisering
A
Vrijheid vergroten door verminderen van regels
7
Q
Eerlijke handel
A
Producten waar de producent een eerlijke prijs voor ontvangt
8
Q
Gedragscode
A
Lijst met regels voor een bedrijf
9
Q
Maatschappelijke verantwoord ondernemen
A
Als bedrijven letten op het milieu
10
Q
Mvo
A
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
11
Q
Wto
A
Wereldhandelsorganisatie