3.2 Flashcards
1
Q
Wereldeconomie
A
Economische samenwerking van mensen op de hele wereld
2
Q
Wereldmarkt
A
Aanbod van producten over de hele wereld
3
Q
Monopolie
A
Als enige in een product mogen handelen
4
Q
Handelskapitalisme
A
Als een bedrijf winst maakt met handel
5
Q
Niet-westerse wereld
A
AziΓ«, Afrika en Latijns-Amerika
6
Q
Westerse wereld
A
Europa, Noord-Amerika en AustraliΓ«