4.1 De aarde beeft

Question 1

aardkorst

Answer 1

Buitenste schil van de aarde

Question 2

mantel

Answer 2

Deel van de aarde tussen de aardkern en de aardkorst

Question 3

aardkern

Answer 3

Binnenste deel van de aarde

Question 4

Breuken

Answer 4

Grote scheuren in de aardkorst die de

aardkorst in delen (aardplaten) verdelen

Question 5

aardplaten

Answer 5

delen van de aardkorst

Question 6

aardbevingen

Answer 6

plotseling schudden van de aardkorst

Question 7

aardbevingshaard

Answer 7

plaats, diep in de aardkorst, waar een aardbeving begint

Question 8

schokgolven

Answer 8

trillingen vanuit de aardbevingshaard tijdens de aardbeving

Question 9

epicentrum

Answer 9

Plaats op het aardoppervlakt waar de schokken van de

aardbeving het sterkst zijn

Question 10

naschokken

Answer 10

trillingen vanuit de aardbevingshaard

Question 11

trog

Answer 11

Diepe kloof op de oceaanbodem die onstaat, doordat

een aardplaat en een zeeplaat tegen elkaar botsen.

Question 12

Zeebeving

Answer 12

Beving die onderwater in zeeën of oceanen onstaat.

Question 13

Tsunami

Answer 13

Grote vloedgolven die onstaat door een zeebeving.

Question 14

Buitenste schil van de aarde

Answer 14

aardkorst

Question 15

Deel van de aarde ussen de aardkern en de aardkorst

Answer 15

mantel

Question 16

Binnenste deel van de aarde

Answer 16

aardkern

Question 17

Grote scheuren in de aardkorst die de

aardkorst in delen (aardplaten) verdelen

Answer 17

Breuken

Question 18

delen van de aardkorst

Answer 18

aardplaten

Question 19

plotseling schudden van de aardkorst

Answer 19

aardbevingen

Question 20

plaats, diep in de aardkorst, waar een aardbeving begint

Answer 20

aardbevingshaard

Question 21

trillingen vanuit de aardbevingshaard tijdens de aardbeving

Answer 21

schokgolven

Question 22

Plaats op het aardoppervlakt waar de schokken van de

aardbeving het sterkst zijn

Answer 22

epicentrum

Question 23

trillingen vanuit de aardbevingshaard

Answer 23

naschokken

Question 24

Diepe kloof op de oceaanbodem die onstaat, doordat

een aardplaat en een zeeplaat tegen elkaar botsen.

Answer 24

trog

Question 25

Beving die onderwater in zeeën of oceanen onstaat.

Answer 25

Zeebeving

Question 26

Grote vloedgolven die onstaat door een zeebeving.

Answer 26

Tsunami