3.3 Flashcards

1
Q

Ontwikkelingen van de industrie

A

De industrie kwam vanaf 1750 in Engeland tot ontwikkeling van de stoommachine vanaf 1800 volgde de rest van de centrumlanden van Europa waaronder Nederland in 1850

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Speciale economische zones->sez

A

een gebied in een land waarbinnen bijzondere wetten gelden die buitenlandse investeringen aantrekkelijker maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Onderscheid tussen zware en lichte industrie

A

Zware industrie: vaak grote hoeveelheden (vaak zware) grondstoffen verwerkt meestal maken deze fabrieken halffabrikaten
De lichte industrie: verwerkt halffabricaten tot producten die aan consumenten verkocht kunnen worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vestigings factoren

A

De reden waarom bedrijven voor een bepaalde plaats kiest belangrijke vestigings factoren voor de industrie zijn:

  • grondstoffen
  • infrastructuur
  • ruimte
  • voldoende geschikt personeel
  • afzetmarkt
  • aanwezigheid van de Andere instellingen en bedrijven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly