3. FUNCTIES VAN DE BELANGRIJKSTE CELORGANELLEN Flashcards
functies van de celmembraan
algemeen (5)
- grens met buitenwereld: permeabilieitsbarrière
- specifieke functies lokaliseren
- receptoren: signalen herkennen
- transport van stoffen
- cel-cel communicatie
diffusie
- wat wordt er transporteerd?
- onder invloed van … (3)
- gebaseerd op …
- beweging (tegen/mee met)
- opgeloste stof
- concentratieverschil (chemische potentiaal), ladingsverschil (elektrische potentiaal), concentratie en ladingsverschil (elektrochemische potentiaal
- Browse beweging: moleculen constant in beweging dus hebben kinetische energie
- bergaf, met gradiënt mee
vormen diffusie
passief transport (4)
- vrije eenvoudige diffusie
- osmose
- gefaciliteerde diffusie
- diffusie doorheen ionenkanalen
vrije eenvoudige diffusie
wat wordt er getransporteerd? + voorbeeld
vetoplosbaar
apolair
=> gemakkelijk door poriën
voorbeeld: steroïde hormonen
vrije eenvoudige diffusie
onder invloed van
chemische potentiaal
van hoge naar lage concentratie
olie/water verdelingscoëffiënt (K-waarde)
definitie + gevolg + voorbeelden (2)
verhouding tss de oplosbaarheid van een stof in olie en zijn oplosbaarheid in water
=> hoog: gemakkelijk opgelost in oliën => makkelijke vrije eenvoudige diffusie
voorbeelden
* steroïde hormonen: hoog
* glucose: laag
osmose
vrije eenvoudige diffusie van water
aquaporines
in cellen waar watertransport strek uitgesproken is, kan het transport van water hierdoor versneld worden
bv niercellen
gefaciliteerde diffusie
wat wordt er getransporteerd?
ongeladen
vetonoplosbare
hydrofiel
te grote moleculen
gefaciliteerde diffusie
met behulp van …
carriërs (drager-eiwitten)
gefaciliteerde diffusie
onder invloed van
concentratieverschil (chemische potentiaal)
hoog -> laag
glut carriërs
nodig voor gefaciliteerde diffusie van glucose
glut 1
basale opname van glucose in meeste cellen
glut 2
!
in levercellen en alfa/betacellen van pancreas
! kleinere affiniteit voor glucose => moet in hoge conc aanwezig zijn
glut 3
!
opname in neuronen (wanneer bloedsuikerspiegel laag is)
! hoge affiniteit voor glucose
glut 4
in skeletspieren en vetweefsel
-> als insuline in bloed zit
=> opname glucose uit bloed
ionenkanalen
wat wordt er getransporteerd?
geladen deeltjes
bv. ionen
ionenkanalen
onder invloed van
concentratiegradiënt en ladingsgradiënt
=> elektrochemische potentiaal
evenwichtspotentiaal
berekenen
nernst vgl:
Eion = RT / zF . ln(ion buiten/ ion binnen)
gasconstante R
R = 1,987 cal / mol.K
absolute temperatuur T
T = 293K
ionenvalentie
(voor elk ion anders)
z
constante van Faraday F
F = 23,062 cal/mV.mol
lekkanalen
kanaaltjes die altijd open staan