2.4 Flashcards
1
Q
dyspepsie
A
verzamelnaam maag/bovenbuiksklachten
2
Q
zuurgerelateerde pathologie
A
- reflux
- ulcus ventriculi
- ulcus duodeni
3
Q
:)
A
(:
4
Q
wat is een ulcus?
A
defect in epitheel
- diameter > 0.5 cm
- tot in submucosa
5
Q
belangrijkste oorzaken ulcera maag/duodenum
A
helicobacter pylori infectie
gebruik NSAIDs
6
Q
maagbloedingen behandelen
A
injectietherapie (adrenaline)
thermische therapie
mechanische therapie (clip)
7
Q
3 soorten maagbloedingen
A
spuiter
oozend
visible vessel
8
Q
doelen behandeling maagbloeding
A
stabilisatie circulatie
bloeding stoppen
prevent re-bleeding
9
Q
verhouding pH en stolling
A
hoe basischer, hoe meer stolling
10
Q
meds voor ulcera
A
- zuurremmers (H2 blokkers/protonpompremmers)
- anti-h.pylori
- staken NSAIDs
11
Q
risicofactoren zure reflux
A
hernia diafragmatica
overgewicht
roken
12
Q
gevolgen zure reflux
A
oesofagitis
barrett syndroom
adenocarcinoom slokdarm
