2 Lecture: 5 motifs pour choisir pour le secteur de l'hospitalité Flashcards
Vocabulaire p.4
1
Q
de ontspanning
A
la détente
2
Q
het week-end
A
le week-end
3
Q
de school vakantie
A
les vacances scolaires (f)
4
Q
appreciëren, waarderen, op prijs stellen
A
apprécier
5
Q
de uitdaging
A
le défi
6
Q
aangenaam, prettig
A
agréable
7
Q
een aangenaam verblijf
A
un agréable séjour
8
Q
een team
A
une équipe
9
Q
een verantwoordelijkheid
A
une responsabilité
10
Q
een opportuniteit, gelegenheid
A
une opportunité
11
Q
opklimmen, een hogere functie opnemen
A
grimper les échelons
12
Q
saai, vervelend, eentonig
A
ennuyeux, -euse
13
Q
lijken op (iets of iemand)
A
ressembler à
14
Q
de routine
A
la routine
15
Q
men kent geen routine
A
on ne connaît pas la routine