1C2- week 1- HC.1 inleiding energie balans Flashcards

1
Q

hoe meet je de verandering in energie opslag?

A

energie inname - energie verbruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hoe meet je verandering in vetopslag?

A

voedsel inname- verbranding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke hoeveelheid kcal geeft een gewichtsverandering van 1 kilo?

A

7500 kcal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe meet je energie intake?

A

calorische waarde van de voedsel componenten bij elkaar optellen.

eiwit: 4 kcal/g
koolhydraten: 4kcal/g
vet: 9kcal/g
alcohol: 7kcal/g
vezels: 2 kcal/g

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

waarom hebben voedingsvezels toch calorische waarde ookal worden ze niet verteerd?

A

Digestie door bacterien leveren brandstof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een goede voedingssamenstelling?

A

tussen de 2000-2500 calorien per dag.

40% koolhydraten
10-25% eiwitten
max 40% vet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe meet de energie verbruik?

A

brandstof+ O2 –> CO2 + H2O + warmte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is directe caloriemetrie?

A

De meting van warmte. (duur)

hierbij is warmte productie–> warmte afgifte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de 2 vormen van indirecte caloriemetrie?

A

RQ= CO2 productie/ O2 verbruik

EE(energie verbruik)= hoeveel O2 in liter/ dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is een indirecte maat voor energieverbruik?

A

koolstofdioxide productie via urine meten.

Double labelled water methode.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de componenten van energie verbruik?

A
  • basaalmetabolisme
  • fysieke activiteit
  • adaptieve thermogenese (alleen van buitenaf, koorts dus niet)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is basaal metabolisme/ rust metabolisme (BMR)?

A

energie verbruik dat nodig is voor ‘body maintenance’

  • hartfunctie
  • hersenfunctie
  • nierfunctie
  • groei en weefsel generatie
  • eiwitten etc.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wanneer is de BMR verhoogd?

A

ziekte, ondervoeding etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is vet vrije massa?

A

alles behalve lichaamsvet. Dus voornamelijk water, eiwit (spieren) en mineralen.

Dit bepaald je BMR. Dus hoe meer spieren hoe hoger je BMR.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is DIT(diet-induced thermogenesis)of TEF?

A

het deel van de metabole energie dat verloren gaat aan opname, transport en metabolisme en opslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de relatie tussen gewicht en onbewuste fysieke activiteit?

A

mensen met obesitas hebben minder bewegingsdrang gedurende de dag.

afvallen veranderd dit niet, het wordt gezien als een oorzaak.

17
Q

Waarom is bij afvallen het getal altijd minder dan in theorie?

A

naar mate je meer afvalt wordt de energiebehoefte ook lager. waardoor je met de tijd minder snel gaat afvallen.

je vet vrije massa neemt af, dus je BMR wordt lager!
je tilt minder gewicht mee waardoor fysieke activiteit ook afneemt etc.

18
Q

hoe kan je het gewichtsverlies vergroten?

A

door je energie behoefte niet te laten dalen. meer spiermassa.