11.2 Taken Flashcards
werkloos
arbeitslos
de werkloosheid
die Arbeitslosigkeit
de opdracht
der Auftrag, die Aufträge
opdragen
auftragen; trägt auf, trug auf, hat aufgetragen
uitoefenen
ausüben
Dit beroep heeft hij niet lang uitgeoefend
Diesen Beruf hat er nicht lange ausgeübt
het gebied, het terrein
der Bereich, die Bereiche
Op zijn gebied is hij zeker wel zeer erkend
In seinem Bereich ist er schon sehr anerkannt
beroeps-, in het beroep
beruflich
Hij heeft een drukke baan
Er hat beruflich viel zu tun
drijven, runnen
betreiben, betrieb, hat betrieben
Mijn zus runt een kleine zaak met Italiaanse mode
Mein Schwester betreibt ein kleines Geschäft mit italienischer Mode
doornemen, doorlopen
durchgehen, ging durch, ist durchgegangen
Ik loop het plan nog eens met jullie door
Ich gehe den Plan noch einmal mit euch durch
invullen, inschrijven
eintragen; trägt ein, trug ein, hat eingetragen
De secretaresse vult alle gegevens in een tabel in
Die Sekretärin trägt die einzelnen Daten in eine Tabelle ein
uitvinden
erfinden, erfand, hat erfunden
de functie
die Funktion, die Funktionen
het ambacht, het vak
das Handwerk, die Handwerke
Deze kok beheerst zijn vak perfect
Dieser Koch beherrscht sein Handwerk perfekt
Hier worden meubels van hoge kwaliteit gemaakt
Hier werden hochwertige Möbel hergestellt
de carrière
die Karriere, die Karrieren
leiden, leiding geven aan
leiten
Hij geeft al vijf jaar leiding aan deze onderneming
Er leitet dieses Unternehmen schon seit fünf Jahren
ordenen
ordnen
De stukken moeten nog geordend worden
Die Unterlagen müssen noch geordnet werden
organiseren
organisieren
de planning
die Planung, die Planungen
het project
das Projekt, die Projekte
scheppen, creëren
schaffen, schuf, hat geschaffen
De oprichting van het nieuwe bedrijf schept honderd nieuwe arbeidsplaatsen in de regio
Die Neugründung schafft hundert neue Arbeitsplätze in der Region
de vergadering
die Sitzung, die Sitzungen
De vergadering was niet echt spannend
Die Sitzung war nicht gerade spannend
de positie, de plaats
die Stellung, die Stellungen
Hij heeft in het bedrijf een leidende positie
Er hat im Betrieb eine leitende Stellung
werkzaam
tätig
Hij was vroeger aan de universiteit werkzaam
Er war früher an der Universität tätig
overnemen
übernehmen; übernimmt, übernahm, hat übernommen
Volgend jaar neemt de dochter van onze baas de uitgeverij over
Im nächsten Jahr übernimmt die Tochter unseres Chefs den Verlag
verantwoordelijk
verantwortlich
de verantwoording, de verantwoordelijkheid
die Verantwortung
ter beschikking staan/stellen
zur Verfügung stehen/stellen
te werk gaan
vorgehen, ging vor, ist vorgegangen
Hier moeten we systematisch te werk gaan
Hier müssen wir systematisch vorgehen
inkrimpen, opheffen
abbauen
De ondernemers zijn van plan nog meer arbeidsplaatsen op te heffen
DIe Unternehmer planen, weitere Arbeitsplätze abzubauen
de arbeidsmarkt
der Arbeitsmarkt, die Arbeitsmärkte
bewerken, behandelen
bearbeiten
Onze medewerker behandelt deze zaak meteen
Unser Sachbearbeiter bearbeitet diesen Vorgang sofort
opdragen, opdracht geven
beauftragen
Ik had u opgedragen de vergadering voor te bereiden
Ich hatte Sie beauftragt, die Sitzung vorzubereiten
de advisering, het adviesbureau
die Beratung, die Beratungen
Ik ga eens per jaar naar een financieel adviesbureau
Ich gehe einmal im Jahr zu einer finanziellen Beratung
de werkgelegenheid, het bezig zijn
die Beschäftigung, die Beschäftigung
Het was heel leuk om met dit onderwerp bezig te zijn geweest
Die Beschäftigung mit diesem Thema hat viel Spaß gemacht
uitwerken
erarbeiten
Het team werkt een plan uit voor de volgende zes maanden
Das Team erarbeitet einen Plan für die nächsten sechs Monate
het advies, het rapport, het attest
das Gutachten, die Gutachten
Daarvoor hebben we een doktersattest nodig
Da brauchen wir ein ärztliches Gutachten
de competentie, de deskundigheid
die Kompetenz, die Kompetenzen
Het ontbreekt hem aan de nodige deskundigheid voor deze taak
Ihm fehlt die nötige Kompetenz für diese Aufgabe
het concept, de visie
das Konzept, die Konzepte
Ik heb hier een concept voor een nieuw boek
Ich habe hier ein Konzept für ein neues Buch
de last
die Last, die lasten
Hij moet de hele dag zware lasten dragen
Er muss den ganzen Tag schwere Lasten tragen
het profiel
das Profil, die Profile
De sollicitant beantwoordt niet aan het afgesproken profiel
Der Bewerber entspricht nicht dem vereinbarten Profil
het verslag, de notulen
das Protokoll, die Protokolle
plaatsvervangend, waarnemend
stellvertretend
Bespreekt u dat met de waarnemend directeur
Bitte besprechen Sie das mit dem stellvertretenden Direktor
structureren, op orde brengen
strukturieren
Onze cheffin wil de procedures in ons bedrijf herstructureren
Unsere Chefin will die Abläufe in unserem Betrieb neu strukturieren
verwerken
verarbeiten
Hier worden de meest verschillende grondstoffen verwerkt
Hier werden die unterschiedlichsten Rohstoffe verarbeitet
de (grote) vergadering
die Versammlung, die Versammlungen
We hebben twee keer per jaar een vergadering voor alle medewerkers
Wir haben zweimal im Jahr eine Versammlung für alle Mitarbeiter
de vervanging
die Vertretung, die Vertretungen
Ik vervang een zwangere collega
Ich mache eine Vertretung für eine schwangere Kollegin
realiseren, verwezenlijken
verwirklichen
het plan, het voornemen
das Vorhaben, die Vorhaben
Het plan bleek te duur
Das Vorhaben erwies sich als zu teuer
het voorbeeld, het model
die Vorlage, die Vorlagen
Ze heeft zich niet aan het voorbeeld gehouden
Sie hat sich nicht an die Vorlage gehalten