1.1 Flashcards
rationale getallen
1
Q
Volgorde van bewerkingen
A
- haakjes
- machten en vkw’s
- vermenigvuldigen en delen
- optellen en afrekken
2
Q
regel breuken optellen of aftrekken
A
-> op gelijke noemers zetten
3
Q
regel breuken delen
A
vermenigvuldigen met het omgekeerde
vb: 7/2 : 3/7 –> 7/2 . 7/3
4
Q
distributiviteit en gemeenschappelijke factor afzonderen in symbolen
A
∀ a, b, c ∈ R : a . ( b + c ) = a . b + a . c
5
Q
merkwaardig product:
(a + b)² = ?
A
a² + 2ab +b²
6
Q
merkwaardig product:
(a - b)² = ?
A
a² - 2ab + b²
7
Q
merkwaardig product:
(a - b) . (a + b) = ?
A
a² -b²
8
Q
‰
A
promille ( op duizend)
9
Q
begrensd (decimale vorm)
A
1,75 ( decimale vorm is eindig)
10
Q
onbegrensd, zuiver repeterend (decimale vorm)
A
0,4444444444….. (decimale vorm is oneindig)
11
Q
onbegrensd, gemengd repeterend (decimale vorm)
A
1,083333.. ( ‘08’ is het niet-repeterend deel)
12
Q
A