Zouten Flashcards

1
Q

Wat is een ionbinding?

A

De binding tussen negatieve en positieve ionen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de lading van een zout?

A

Neutraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de vier regels van naamgeving van het zout?

A

Positieve ion vooraan
Als een stof meerdere ionen heeft geef je de gebruikte ion aan met Romijns cijfers. bijv. Fe(III).
Een samengestelde ion staat tussen haakjes aan het eind. Bijv. Ca(OH).
De verhouding wordt zo simpel mogelijk opgeschreven. Lading van ionen wordt niet weergegeven en de indices worden zou laag mogelijk gehouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar in de binas vind je de ion ladingen?

A

40a

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly