wörterliste 1 (2e deel) Flashcards
1
Q
het eindexamen
A
das Abitur
2
Q
de gebeurtenis
A
das Ereignis
3
Q
de studie
A
das Studium
4
Q
de kennis
A
das Wissen
5
Q
het doel
A
das Ziel
6
Q
het dagelijks leven
A
der Alltag
7
Q
het optreden
A
der Auftritt
8
Q
het succes
A
der Erfolg
9
Q
de kunstenaar
A
der Künstler
10
Q
het droomberoep
A
der Traumberuf
11
Q
het onderwijs
A
der Unterricht
12
Q
de poging
A
der Versuch
13
Q
het contract
A
der Vertrag
14
Q
de opleiding
A
die Ausbildung
15
Q
de tentoonstelling
A
die Ausstellung
16
Q
de eigenschap
A
die Eigenschaft
17
Q
de beslissing
A
die Entscheidung
18
Q
de ervaring
A
die Erfahrung
19
Q
het humeur
A
die Laune
20
Q
de passie
A
die Leidenschaft
21
Q
de oplossing
A
die Lösung
22
Q
de bijles
A
die Nachhilfe
23
Q
het bericht
A
die Nachricht
24
Q
het sterke punt
A
die Stärke
25
de toekomst
die Zukunft