Woordjes G Nederlands-Duits Flashcards
1
Q
Het rooster
A
Der stundenplan
2
Q
De motivatie
A
Die motivation
3
Q
De toets
A
Die prüfung
4
Q
De aanwijzingen
A
Die hinweise
5
Q
De tips
A
Die tipps
6
Q
Voldoende
A
Genügend
7
Q
Concentreren
A
Kozentrieren
8
Q
Regelmatig
A
Regelmässig
9
Q
Spijbelen
A
Schwänzen
10
Q
Onvoldoende
A
Ungenügend
11
Q
Verbeteren
A
Verbessern
12
Q
Vergeten
A
Vergessen
13
Q
Proberen
A
Versuchen
