Woordjes Flashcards
Leisten
Presteren
Sich etwas leisten können
Zich iets kunnen veroorloven
Lenken
Sturen
Die lücke
Het gat
Manchmal
Soms
Mangeln
Ontbreken
Das märchen
Het sprookje
Die Maßnahme
De maatregel
Die meinungsumfrage
De enquête
Die metropole
De grote stad
Mieten
Huren
Misstrauisch
Wantrouwig
Mittlerweile
Ondertussen
Nicht nur…sondern auch
Niet alleen … maar ook
Die nachricht
Het bericht
Nach und nach
Langzamerhand
Nähren
Voeden
Nämlich
Namelijk
Nichts dafur können
Er niets aan kunnen doen
Nicht… sondern
Niet , maar
Obwohl
Hoewel
Nur
Slechts
Die öffentlichkeit
De publieke opinie
Prüfen
Controleren
Die quelle
De bron
Im rahmen
In het kader
Recherchieren
Onderzoeken
Der rechner
De computer
Das regal
Het rek
Ausreichen
Voldoende zijn
Reizen
Prikkelen
Die rente
Het pensioen
Der rentner
De AOW’er
Riesig
Reusachtig
Der ruf
De reputatie