werkwoordspelling Flashcards
Hoe vind je de persoonsvorm?
maak een vraagzin
noem de onregelmatige werkwoorden (6)
hebben, kunnen, mogen, zullen, zijn, willen
noem 3 hulp werkwoorden
hebben, zijn, worden
wat is de gebiedende wijs? +1 vb
geeft een bevel aan = gooi de bal
wat is het werkwoordelijk gezegde?
Alle werkwoorden in de zin
wat is het onderwerp?
diegene/ datgene die iets doet
Hoe vind je het onderwerp?
wie/wat + persoonsvorm
wat is het lijdend voorwerp?
waar iets mee gebeurt
Hoe vind je het lijdend voorwerp?
wie/wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp
Wat is het meewerkend voorwerp?
helpt de actie/ handeling voltooien
Hoe vind je het meewerkend voorwerp?
wie/wat+ gezegde+ onderwerp (LV) aan, voor, bij
wat is een hoofdzin?
zelfstandige losse zin
wat is een bijzin?
maakt deel uit van de hoofdzin
congruentie
overeenkomst tussen onderwerp en persoonsvorm
incongruentie
geen overeenkomst tussen onderwerp en persoonsvorm
noem 5 voegwoorden + betekenis
verbinden zinnen aan elkaar maar, want, omdat, en, of
lidwoorden
de, het, een
aanwijzend voornaamwoord
verwijst iets/ iemand aan
betrekkelijk voornaamwoord
vertelt iets over iemand
persoonlijk voornaamwoord
verwijst naar persoon, groep, voorwerpen
bezittelijk voornaamwoord
geeft bezit aan
contaminatie
uitdrukking of 2 woorden die door elkaar worden gehaald (dat kost duur)
pleonasme
overbodige herhalingen (omhoog stijgen)
tautologie
combinatie van woorden die elkaar kunnen vervangen (haast, bijna)
samengestelde woorden
zoveel mogelijk aan elkaar schrijven
koppelteken
tussen 2 botsende klinkers zet je altijd - (gala-avond)