Week1 Flashcards
0
Q
Endosymbiotische gebeurtenissen
A
- Aanhechten spirochaete bacterie - flagel
- Opname alphaproteobacterie - mitochondrion
- Opname cyanobacterie - chloroplast
- Opname eencellige roodwiercel - dubbelmembraan chloroplast
1
Q
Stappen eukaryotisering
A
- Groter inwendig oppervlak: verlies starre celwand, plooien celmembraan
- Fagocytose mogelijk door flexibel worden celmembraan
- Ontstaan cytoskelet vanuit microtubuli en microfilamenten
- Transport, voortbeweging en compartimentering mogelijk
2
Q
Aan/in celmembraan
A
Glycolipiden
Glycoproteinen
Transmembraaneiwitten
Perifere eiwitten
3
Q
Nucleolus
A
Transcriptie ribosomaal RNA
Assemblatie ribosomale units
4
Q
ECM
A
Microtubuli (25) Intermediaire filamenten (10) Actine filamenten (5-9)
5
Q
Intermediaire filamenten
A
1. Cytoplasmatische
Keratines
Vimentines
Neurofilamenten
2. Nucleaire
Nucleaire lamina
6
Q
Kiembladen
A
Ectoderm ( huid en zenuwstelsel)
Mesoderm (skeletspieren, lever, nieren en gonaden)
Endoderm ( darmkanaal en darmklieren)
7
Q
Typen weefsel
A
Zenuwweefsel
Spierweefsel
Bindweefsel
Epitheel
8
Q
Ontwikkeling
A
Eencelligen Sponzen Holtedieren Platwormen Weekdieren Wormen Geleedpotigen Stekelhuidigen Chordata
9
Q
Platwormen
A
Bilaterale symmetrie
Kop/staart
Drie weefsellagen
10
Q
Ontwikkkeling chordadieren
A
Vertebraten Vissen Amfibieën Reptielen Vogels Zoogdieren
11
Q
Vertebraten
A
Kopskelet
Ruggenmerg in wervelkolom
Appendiculair skelet
