week 7 Flashcards

1
Q

wat zijn de zes criteria voor persoonlijkheidsstoornissen?

A

een duidelijk afwijkend gedrag in tegenoverstllig van de samenleving
star gedrag
beperkingen in het dagelijkse leven
patroon is stabiel en duurt lang
er is geen psychische stoornis als verklaring
niet toe te schuiven aan middelen of een lichamelijke aandoening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

cluster A

A

mensen die als vreemd of excentriek worden beschouwd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat valt er onder cluster A

A

paranoïde persoonlijkheidsstoornis
schizoïde stoornis
schizotypische stoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

cluster B

A

gedragspatronen de buitensporig, onvoorspelbaar of egoïstisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat valt er onder cluster B

A

antisociale persoonlijkheidsstoornis
bordeline persoonlijkheidsstoornis
narcistische persoonlijkheidsstoornis
histrionische persoonlijkheidsstoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

clusterC

A

de nerveuse angstige types

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat valt er onder cluster C

A

vermijdend persoonlijkheidsstoornis
afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
dwangmatige persoonlijkheidsstoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Psychodynamisch perspectief en de clusters

A

ervaringen uit vroegere jeugd, gebrek aan stabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

leer theorie en de clusters

A

gedrag van ouders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

biologisch perspectief en de clusters

A

genetische aanleg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

sociocultureel perspectief en de clusters

A

lage sociale economische status, mishandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly